Lezing over gelijke zelfbeschikking en progressieve technologie
Het is bijzonder om terug te zijn in Lage Vuursche, bij het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (NIVON). Ik ben hier ontelbare weekenden geweest. Dat wil zeggen: aan de overkant van de bosweg, bij Ons Honk. Destijds het huis van de NIVON-jeugd en -jongeren.
Vanaf mijn twaalfde jaar zat ik in de werkgroep 12+. Met andere kinderen, en met hulp van een jongerenwerker, organiseerde we weekenden, over onderwerpen als ‘Hoe belangrijk is je uiterlijk?’, ‘seksualiteit’ of je relatie met je ouders. We praatten, we deden ontelbare spellen (deels hier in het bos) en ’s avonds sliepen we op de ‘strijkplank’, twee lange houten constructies met elk een stuk of acht matrassen.
Het NIVON was de plek waar ik groot werd. Met mijn ouders op de Pinksterkampen, met mijn broer naar de zomervakantiekampen, en op mijn vijftiende met andere jongeren op wandelvakantie in Engeland. Ik leerde bij het NIVON samen te werken, ideeën te realiseren, missers te verwerken en successen te vieren.
De activiteiten waren bovenal leuk. Maar ze hebben me ook onmiskenbaar veel geleerd. Zo’n vrijplaats waar jongeren zelf het heft in handen kunnen nemen, is een school voor burgerschap.
Het moet me van het hart dat ik de verkoop van Ons Honk in 2000 betreur. Ik weet dat er exploitatieproblemen waren, maar ik zou willen dat er meer vrijplaatsen waren voor en door jongeren. Het levert namelijk ook wat op: kritische, constructieve burgers.
Veranderingsgezindheid
Vandaag ben ik aan déze kant van het bospad. Zelf inmiddels ook een NIVON-oudere. Om te praten over de toekomst van de linkse politiek. Ik moet zeggen dat de titel me aanvankelijk wat ongemakkelijk deed voelen. Er stond nog net geen vraagteken achter! De vraag is wat mij betreft niet of er toekomst is voor de linkse politiek, maar hoe de linkse politiek de toekomst vormgeeft.
Vorig jaar stond Jan Pronk op deze plek. Hij gaf een bijzondere aftrap van de Koos Vorrink-lezingenreeks. Met een historische beschrijving van de grote veranderingen in de wereld in iets meer dan een halve eeuw tijd, en de problemen waar dat ons voor stelde: “een nieuwe technologische revolutie, volledige globalisering, nieuwe geopolitieke invloedssferen, culturele en religieuze confrontaties, onafwendbare klimaatverslechtering, grotere en meer diverse ongelijkheden, burgeroorlogen zonder einde; alles mede onder invloed van kapitalistische krachten”. Pronk analyseerde de betekenis van de sociaaldemocratie in deze veranderingen en riep op tot linkse samenwerking. Voor hem ligt de toekomst van links niet in een fusie van partijen, maar wel in gezamenlijke machtsvorming. Links wordt anders altijd uit elkaar gespeeld en kan dan alleen deel uitmaken van een regeringscoalitie op voorwaarden van rechts. En zo onvoldoende z’n stempel drukken op de toekomst.
Ik was er vorig jaar zelf niet bij. Rond 1 mei zat ik toen nog aan de onderhandelingstafel voor een nieuwe regering, als secondant van Jesse Klaver. Daar bleek het gelijk van Pronk. Onze veertien GroenLinkse zetels waren een fantastisch resultaat, maar niet genoeg om werkelijke verandering af te dwingen bij het rechtse motorblok. Een wijze les. Bij een volgende onderhandeling moeten we met meer linkse partijen in de Stadhouderskamer zitten, maar ook met meer zetels! En ik kan u zeggen: daar werken we hard aan. De samenwerking die we nu aan het ontwikkelen zijn, in de Tweede Kamer en daarbuiten, biedt veel perspectief. We weten elkaar steeds gemakkelijker te vinden.
Maar de slagkracht van links wordt niet alleen groter door gezamenlijk op te trekken in de politieke arena. We worden sterker als we de verbinding met de samenleving maken. De kiemen voor verandering zijn duidelijk aanwezig. We zien een steeds bredere afkeer van de lichtzinnig rechtse politiek, met zijn nadruk op meer markt en minder overheid. We zien dat steeds meer mensen zich zorgen maken over de kilte en kortzichtigheid bij onze leiders. Dat zij willen bijdragen aan een samenleving gebouwd op eerlijk delen, duurzaamheid en empathie. Meer rechtvaardigheid en meer menselijkheid. In de peilingen zie je het draagvlak voor linkse politiek toenemen. De peilingen van afgelopen week laten zien dat rechts-conservatief van 77 naar 69 zetels is gekrompen. Het is de grote kans en verantwoordelijkheid voor links om die veranderingsgezindheid te stimuleren en te vertegenwoordigen. En daar hebben we organisaties als het NIVON bij nodig.
Ik wil vandaag twee onderwerpen uitgebreider bespreken. Allereerst een belangrijke waarde van progressieve politiek: gelijke zelfbeschikking. Daarna wil ik inhoud geven aan de opdracht die ik heb meegekregen voor deze speech: de toekomst van links. In dat kader heb ik ervoor gekozen, misschien wat verrassend, om een aanzet te geven tot een progressieve technologische agenda. Om de gelijke zelfbeschikking ook in dit nieuwe tijdperk te bevorderen. Ofwel: hoe links de toekomst vormgeeft.
Gelijke zelfbeschikking
Voor mij gaat links over het vergroten van de mogelijkheden voor iedereen om zijn of haar eigen leven zelf vorm te geven, en om samen de samenleving te vormen. Die zelfbeschikking, voortkomend uit de menselijke waardigheid, komt ieder mens hier in Nederland toe, maar ook mensen elders en toekomstige generaties. Dat is waar ik voor sta. Dat is ook waar de natuurvrienden voor staan.
De natuurvrienden zijn opgericht in Oostenrijk, in 1895, op initiatief van Georg Schmiedl. Als onderdeel van de beweging voor de emancipatie van arbeiders. Het leven in de fabrieken was hard. Mensen werkten vaak 75 uur, soms alle dagen van de week. Ze waren alleen bezig met overleven. Ze hadden geen tijd om na te denken, om stil te staan bij het leven dat ze leidden en de dingen die ze belangrijk vonden. Om betekenisvolle eigen keuzes te maken. Om zelf vorm te geven aan hun leven en omgeving.
Door te wandelen in de natuur en afstand te nemen van de verplichtingen van alledag kon daar ruimte voor ontstaan. Ruimte na te denken over de maatschappelijke verhoudingen. En over hoe het anders kon.
Kijkend naar Nederland, zien we dat in de afgelopen eeuw de zelfbeschikking van grote groepen enorm is toegenomen.
In haar nieuwste essay, Macht en Verbeelding, schrijft Femke Halsema dat de progressieve beweging erfgenaam is van die verandering. Van Nederland als open, tolerant en democratisch land. En dat we daar best trots op mogen zijn. Ik citeer: “Progressieven hebben vanuit vakorganisaties, sociale bewegingen en politieke partijen gelijke rechten bedongen voor arbeiders, homoseksuelen, vrouwen, migranten, psychiatrische patiënten en gehandicapten. De woningwet en de volkshuisvesting, de oudedagsvoorzieningen, de medezeggenschap en de Mammoetwet die het voor arbeiderskinderen gemakkelijker maakte om door te stromen naar het hoger onderwijs: het zijn allemaal maatregelen die de maatschappelijke verhoudingen ingrijpend en onomkeerbaar hebben veranderd.”
Vandaag, op 1 mei, vieren we het feit dat gezamenlijke strijd effectief kan zijn. Het is goed om daarbij stil te staan. Omdat we daar ook weer energie uit kunnen putten voor de veranderingen die nog nodig zijn.
Het is vandaag 132 jaar geleden dat in de Verenigde Staten een half miljoen mensen op de been kwamen om te demonstreren voor kortere werkdagen. Het was de tijd dat veel mensen tussen de 10 tot 16 uur per dag werkten, zes dagen per week. Meer dan 30 jaar later werd in Nederland de wet ingevoerd die de achturige werkdag regelt. Vandaag de dag werken mannen in Nederland gemiddeld 36 uur per week; vrouwen 26 uur.
Wie zegt dat verandering niet mogelijk is?
En wat te denken van vrouwenrechten?
Sommigen van u zullen de tijd nog hebben meegemaakt dat volwassen vrouwen handelingsonbekwaam waren. Dat zij toestemming moesten vragen aan hun man als zij kleren of apparaten wilden kopen, als zij een verzekering wilden afsluiten of op reis wilden gaan. De tijd dat vrouwen uit overheidsfuncties werden ontslagen op de dag dat zij in het huwelijk traden. Zodat ze zich volledig konden wijden aan hun taken als echtgenote, moeder en huisvrouw. Pas in 1956 zijn beide wetten afgeschaft. Maar tot 1971 moesten vrouwen bij het huwelijk wel beloven dat zij hun man zouden gehoorzamen.
Wie zegt dat verandering niet mogelijk is?
Al duurt het soms lang…
Pas 27 jaar geleden zag de wetgever onder ogen dat verkrachting binnen het huwelijk mogelijk is. Tot die tijd was gedwongen seks geen verkrachting door de man, maar ongehoorzaamheid van de vrouw om de plichten te vervullen die het huwelijk haar oplegde.
Onvoltooide emancipatie
De emancipatiebewegingen hebben Nederland onmiskenbaar veranderd. Een beter land gemaakt. Maar de emancipatie is niet voltooid. Nog steeds heeft niet iedereen evenveel kans. Sommige groepen hebben meer kansen dan anderen. Er is sprake van structurele bevoordeling en van structurele achterstelling. Dat staat gelijke zelfbeschikking in de weg.
Dat is in deze tijd van individualisering geen prettige boodschap. Ook niet eentje die altijd wordt aanvaard. Mensen gaan snel wat knorrig kijken bij zo’n tekst. Wij zien onszelf vaak niet als onderdeel van een groep. Daarvoor is iedereen te ánders. En we zien onszelf wél graag als mensen die het leven in eigen hand hebben. We geloven graag dat alles draait om het krijgen en grijpen van kansen. En dat op die manier sociale rechtvaardigheid ontstaat.