Nabeschouwing Britse verkiezingen
Om de uitslag van de verkiezingen te begrijpen is kennis over het Britse kiesstelsel essentieel, legt Van der Stoep (oud-voorzitter van de Europawerkgroep van GroenLinks) uit. “Anders dan Nederland heeft het Verenigd Koninkrijk een districts- en meerderheidsstelsel. Een veel genoemd voordeel hiervan is dat het de vorming van een stabiele regering vergemakkelijkt. Omdat in elk kiesdistrict de grootste partij de zetel krijgt en de stemmen op andere partijen verloren gaan, ligt voor de winnende partij een absolute meerderheid in het verschiet.”
“Dit werkte goed toen het koninkrijk nog een tweepartijendemocratie was, maar met de opkomst van nieuwe partijen sinds de jaren zeventig is een meerderheid voor de grootste partij niet meer verzekerd. De Britten moeten nu wennen aan coalitie- en minderheidsregeringen.”
Groenen benadeeld
Toch blijft het voor niet-gevestigde partijen bijzonder moeilijk om terrein te winnen, vertelt Van der Stoep. “Kleine partijen zoals de Green Party of England and Wales moeten de allergrootste worden in een bepaald district om een zetel in het parlement te bemachtigen. Met het geringe aantal leden, de beperkte middelen en nauwelijks aandacht van de media is het lastig voor de Green Party om haar tegenstanders te verslaan.”
Het electorale landschap ondergaat maar weinig verandering door de bevestigende werking van de meerderheid. “Zestig tot zeventig procent van de districten zijn safe seats, waar decennialang dezelfde partij wint. Het verschil met andere partijen is er zo groot dat het voor die partijen nauwelijks de moeite waard is om er campagne te voeren. Voor veel kiezers in zo‘n district is dat frustrerend: ze hebben het gevoel dat hun stem niets uitmaakt.”
Deze realiteit dwingt kleine partijen tot een zeer gerichte strategie. “Door tien jaar lang campagne te voeren in Brighton Pavilion, een kiesdistrict met een hoogopgeleide bevolking in de LGBT- en hippiehoofdstad van Engeland, hebben de Groenen er in 2010 hun eerste zetel weten te veroveren op de Labour Party. Parlementslid Caroline Lucas is sinds 2016 ook partijleider van de Groenen. Maar om een extra zetel binnen te halen, moeten de Groenen zeer nauwgezet zoeken naar districten waar zij een kans maken en daar de campagne groots aanpakken.”
Hoewel de Groenen de hoop koesterden om een kiesdistrict in Bristol – de woonplaats van Van der Stoep – te veroveren, is het ze bij de afgelopen verkiezingen niet gelukt om zetelwinst te boeken. Daarvoor zijn meerdere redenen, volgens Van der Stoep. Ten eerste heeft Labour een grote stap naar links gezet onder Jeremy Corbyn, die als vooruitstrevende en radicale leider wordt gezien. “Het Labourprogramma lijkt nu veel op dat van de Groenen vier jaar terug.”
Ten tweede meenden veel kiezers, met de vastgeroeste electorale verdeling in het achterhoofd, dat een stem op Labour meer tegenwicht zou bieden aan de Conservatieven van premier May. Ten derde was de Brexit nauwelijks een onderwerp van de debatten en campagnes. “Daardoor kon Labour, ondanks het feit dat Corbyn helemaal niet pro-EU is, toch veel stemmen binnenhalen van kiezers die vorig jaar remain hebben gestemd in het referendum over het EU-lidmaatschap.”
Progressieve alliantie, een oud nieuw idee
Het Britse kiesstelsel, dat versnippering afstraft, noodzaakt linkse partijen tot samenwerking, vindt Van der Stoep. Tot zijn tevredenheid is in de aanloop naar de verkiezingen het oude idee van de Progressive Alliance nieuw leven ingeblazen. In sommige districten hebben de Groenen geen kandidaten gesteld en de kiezers opgeroepen om op Labour te stemmen, om zo de kans op een links parlement te vergroten.
Andersom is dat lastiger, want als lid van de Labour Party wordt je onmiddellijk geroyeerd als je campagne voert voor een andere partij. Een Labourkandidaat mag zich ook niet terugtrekken. Wel is er Momentum, een grassroots beweging op de linkervleugel van Labour, die door haar aparte status campagne kan voeren voor andere partijen.
Van der Stoep: “In die delen van het land waar een Progressive Alliance tot stand kwam, is er de aspiratie om open primaries te houden in volgende verkiezingen. Dit houdt in dat leden van alle partijen samen stemmen over de kandidaat die zij naar voren schuiven in een bepaald kiesdistrict.
Afgelopen verkiezingen was er in ruim veertig districten sprake van een Progressive Alliance, alleen nu hadden één of meerdere partijen, waaronder vaak de Groenen, juist geen kandidaat aangedragen om ruimte te maken voor de grootste progressieve kanshebber. In ongeveer dertig districten is het gelukt om te winnen van de Conservatieven. Dat geeft hoop voor de toekomst, ook al hebben de Groenen er ditmaal niet van geprofiteerd.”
Nieuwe verkiezingen in het verschiet?
Door de verkiezingsuitslag is een harde Brexit, waarbij het Verenigd Koninkrijk zowel uit de interne markt als uit de douane-unie met de EU stapt, waarschijnlijk verleden tijd, denkt Van der Stoep. “De Conservatieven zijn afhankelijk van de steun van de Democratic Unionist Party uit Noord-Ierland. Deze partij wil geen harde grens tussen Noord-Ierland en de Ierse Republiek. Bovendien gaan de dertien conservatieve Lagerhuisleden uit Schotland ook een stokje steken voor een harde Brexit. May moet nu in gesprek met de Europese onderhandelaars en die weten in wat voor lastig parket zij zit.”
Omdat de Conservatieven hun meerderheid in het Lagerhuis kwijt zijn en premier May het mandaat voor haar harde Brexit-koers verspeeld heeft, is de kans groot dat de Britten binnenkort weer naar de stembus moeten. “In het kamp van de remainers heerst een mengeling van angst en leedvermaak”, besluit Van der Stoep.