Over drijfveren, helden en inspiratiebronnen

Een praktisch activist

"Ik heb altijd een sterk rechtvaardigheidsgevoel gehad, ik wind me op over oneerlijke dingen. Ik voel me geroepen op te komen voor groepen mensen die zichzelf moeilijk kunnen representeren, zoals vluchtelingen zonder papieren.

Toen ik studeerde was ik een praktische activist. Met vrienden kraakten we een pand van een sociale verhuurder met ongeveer dertig appartementen. We woonden daar samen met vluchtelingen die geen verblijfsvergunning hadden. We hoopten op een generaal pardon, want het ging om vluchtelingen die voor 2001 waren gekomen en die zouden waarschijnlijk mogen blijven. Toch heb ik ze geen valse hoop gegeven. Ik heb altijd benadrukt dat het een kraakpand was en dat ik niets kon beloven over hun verblijf.

Door die periode in mijn leven ben ik pas gaan zien wat een voorrecht het is om hier geboren te worden. Door het winnen van een rechtszaak tegen de verhuurder om in het pand te blijven ben ik gesterkt in de overtuiging dat optimisme loont."

Rechtvaardigheidsgevoel

"Ik denk dat er een onderscheid is tussen een positief en negatief rechtvaardigheidsgevoel. Positief betekent andere mensen helpen en bereid zijn te delen. Negatief betekent je eigen rechten en ruimte beschermen, ook als dit ten koste van anderen gaat. Het opvangen van vluchtelingen dwong me tot persoonlijke concessies. We moesten privacy en luxe inleveren. Dat had ook iets moois. Het maakte ons als groep hechter.

Ik vind wel dat helpen altijd moet leiden tot zelfstandigheid. Bij vluchtelingen geldt dat ze sowieso al afhankelijk zijn van anderen. Door ze aan het werk te helpen of een verblijfsvergunning te regelen heb ik ze zelfstandig zien worden.

Als het om individuele vrijheid gaat ben ik progressief, maar als het op natuur en milieu aankomt ben ik misschien wel conservatief. Je moet via inkomenspolitiek zorgen dat mensen die het minder hebben, het beter krijgen en via milieupolitiek producten eerlijkere prijzen geven. Er zijn verschillende vormen van vrijheid: onze vrijheid om veel biefstuk te eten beperkt de vrijheid van toekomstige generaties en van mensen in ontwikkelingslanden."

Afstand nemen

"Het werk van George Orwell inspireert me. De films '1984' en 'Boerderij der Dieren' en zijn boek 'Houd de Sanseferia hoog' hebben me geraakt. Dat laatste boek speelt zich af in Londen in de jaren dertig en gaat over de spanning tussen idealisme en realisme bij een schrijver die werkt voor een commercieel reclamebureau.

Het is een socialist die een hekel krijgt aan de producten met slogans die hij verkoopt en daarom besluit dichter te worden. Daar kan hij niet van leven en zo wordt hij straatarm, maar hij houdt zich voor dat dit niet erg is omdat hij net als de kwetsbaren zelf ook arm moet zijn. Uiteindelijk belandt hij in de goot en besluit terug te gaan naar het reclamebureau. Hij had zichzelf voor de gek gehouden.

Ik denk dat je niet het leed van de wereld op je schouders moet dragen, ook al ben je nog zo idealistisch. Zo heb ik de afgelopen jaren geleerd te reflecteren en soms afstand te nemen, door een strandwandeling of een stuk zeilen. Want ik ben wel een workaholic. Inmiddels weet ik beter waar mijn grenzen liggen.

'The Bubble' van Eithan Fox vind ik ook mooi. Het gaat over een relatie tussen een Palestijnse en een Israëlische homoseksuele man. Je ziet hoe zij automatisch in het conflict terechtkomen terwijl ze dat zelf niet willen. De woede en haat zitten bij kinderen in Israel-Palestina al zo diep, dat is voor ons niet te bevatten. Mede door deze film ben ik naar een Palestijns vluchtelingenkamp vertrokken, om kinderen buiten schooltijd Engelse les te geven. De twee mensen die deze opvang runden inspireerden me enorm. Ze stopten al hun tijd in een kleine organisatie om deze kinderen wat bij te brengen."

Kiezen voor het individu

"Ik laat mezelf vooral inspireren door mensen, niet door boeken. Ik geloof in dialoog, mensen met elkaar in contact brengen, met elkaar praten. Mensen die een hekel hebben aan allochtonen vinden hun eigen Turkse buurman vaak wel een prima vent. Dat intrigeert me.

Persoonlijk zie ik het als mijn rol om mensen in contact te brengen. De kloof tussen burger en politiek is alleen te dichten door eerlijk te zijn, door te praten vanuit waarden en drijfveren. Zoals nu, in dit interview. GroenLinksers kunnen vaak goed over maatregelen praten, maar kiezers willen weten waarom je ergens voor staat. De maatregelen komen daarna. Het valt me op dat als je met mensen praat dat er veel gedeelde dromen zijn - een goede toekomst voor jezelf en kinderen - maar we slagen er te weinig om om dit voor het voetlicht te brengen.

Politici die dit kunnen, inspireren me. Kathalijne Buitenweg bijvoorbeeld. Zij is bij uitstek iemand die hoofd en hart verbindt, zij kan met iemand praten die het niet met haar eens is maar toch empathisch zijn. Dat vind ik ontzettend knap.

Mensen lijken soms veel op andere dieren, we hebben oerinstincten als haat en liefde. Daar zitten kwaadaardige kanten aan. Die zijn vaak niet te rationaliseren maar we dragen ze wel altijd bij ons. Er zijn aanwijzingen dat ook andere dieren enige rationaliteit bezitten of herinneringen hebben. Olifanten hebben een rouwritueel, ze trekken rond op zoek naar botten van voorouders en staan daar stil als eerbetoon.

Dieren denken vaak ook in termen van de eigen soort of clan. Bijen bijvoorbeeld. De mannetjes - de darren - zijn in de winter overbodig, dus steken de vrouwtjes de mannetjes dood, en in voorjaar kweken ze weer nieuwe mannetjes om de koningin te bevruchten. Ook de mens denkt vaak in termen van de groep.

Mens versus dier, of de Nederlander versus de rest. Als ik moet kiezen, kies ik voor het individu. Er is geen enkel argument krachtig genoeg om waarde van individu ondergeschikt te maken. Dit onderscheidt ons echt van dieren." 

*Een ingekorte versie van dit interview verscheen in het GroenLinks Magazine van augustus 2012