Honderdenelf is een indrukwekkend aantal. Een aantal dat niet alleen laat zien hoeveel denkkracht en verbeelding aanwezig is in onze linkse beweging, maar ook hoeveel behoefte er is om zelf bij te dragen aan een mooiere wereld. Het enthousiasme waarmee zovelen zich hebben gezet aan het beantwoorden van deze ingewikkelde vraag is een geweldige opsteker in een tijd waarvan vaak wordt gezegd dat hij wordt beheerst door snelle quotes en ondoordachte verbale oprispingen.
Niets van dit alles bij onze inzenders. Diepgravende analyses, ontelbare bewijzen van jaloersmakende belezenheid, mooi opgeschreven en heftig beleden politiek engagement, verrassende koppelingen van het politieke aan het persoonlijk leven: het kwam allemaal in ruime mate langs.
Hoe kies je dan het beste essay? Allereerst natuurlijk door te toetsen aan de criteria die wij van tevoren hebben meegegeven: argumentatie, originaliteit, taalgebruik en politieke relevantie. Het regende plusjes en veel verhalen waren op al deze punten het lezen meer dan waard. Om die reden willen wij een aantal essays uitlichten die de komende tijd ook op de website van het wetenschappelijk bureau zullen verschijnen. Wij willen iedereen aanraden zelf te lezen hoe goed deze essays zijn.
Uitgelicht
Neem bijvoorbeeld Valerie Schreur die op indrukwekkende wijze het geweld dat het kapitalistisch systeem aanricht naar de voorgrond weet te brengen. Door de inzet van een nieuw vocabulaire lukt het Valerie tot de politieke verbeelding te spreken en zo nieuwe ruimte in het denken te creëren. Naast de meer analytische, wetenschappelijke essays vonden wij dit pleidooi voor een alternatieve onbeprijsde samenleving een zeer verfrissende bijdrage. De grenzen van de taal bepalen immers die van de wereld.
Aan de hand van een alledaagse confrontatie over een blikje dat ergens wordt achtergelaten weet Marina Lacroix sterk te verwoorden hoe velen van ons gevangen zijn in de logica van het kapitalisme. Haar mooi geschreven essay bevat een zorgvuldig onderbouwd pleidooi voor ‘klein verzet’ en ‘vriendelijkheid’.
Wij waren ook zeer te spreken over het essay van Oscar Menger en Daniel Boomsma. In hun strak uitgewerkte betoog pleiten zij ervoor om een zogenaamd ‘klimaatinkomen’ in te voeren. Het is een overtuigend pleidooi om klimaatbeleid nadrukkelijker te koppelen aan sociaal beleid, zodat burgers direct meeprofiteren van klimaatbeleid.
Met zijn kritiek op het techno-feodalisme heeft Niels Niessen een sterk pleidooi geschreven om onze publieke ruimte terug te claimen. Zijn analyse over de nauwe verwevenheid tussen ons huidige kapitalisme en de groeiende inzet van digitale controlemechanismen bevat duidelijke aanknopingspunten voor een vernieuwde linkse agenda.
Ook het essay van Michiel Nanninga willen wij graag uitlichten. Met zijn pleidooi voor het centraal stellen van gemeenschappelijke waarden en het herwaarderen van de publieke sector biedt hij perspectief op een hernieuwd vertrouwen tussen burgers en de overheid.