Naar een nieuw en beter GroenLinks

Organisatie, werkwijzen en spelregels

Veel mensen zeggen dat de partij naar de maan is, en dat de missie van GroenLinks is mislukt. Alsof de onvermijdelijke crisis waarin wij nu verkeren per definitie slecht is en alleen leidt tot het graf en erger. Onze evaluaties en die van anderen leren dat de neergang van GroenLinks een langdurig proces geweest is met veel oorzaken binnen en buiten de partij.

Als we ons daarvan bewust zijn, dan moet het met de goede wil en inzet van velen mogelijk zijn om het proces met een goede aanpak om te keren en de partij vitaal, soepel en vrolijk te kunnen
presenteren bij volgende verkiezingen. Hieronder volgen een paar voorstellen, die zijn voorzien van toelichtende commentaren. GroenLinks Leeft, GroenLinks Werkt, en we hebben Zin in de Toekomst. Maar dan moeten de actieve leden wel kunnen meepraten, meebeslissen en controleren binnen de juiste en overeengekomen organisatie, werkwijzen en spelregels.

De macht bij de regio's

1. We moeten naar een situatie waarin de lokale en regionale afdelingen worden gezien als het fundament, de legitimatie en de waakhonden van de partij. De leden van de afdelingen moeten meer inbreng krijgen in de partijstrategie, de verkiezingsprogramma's en bij het ter verantwoording roepen van de machthebbers en bestuurders van de partij.

Politiek draait om het verkrijgen, versterken en handhaven van de macht om belangrijke dingen te kunnen veranderen en daardoor te zorgen voor een betere samenleving: een samenleving die steeds meer genesteld is in en beïnvloed wordt door de internationale context van Europa en de wijdere wereld. Daarin speelt de relatie tussen burgers, staat en politiek een belangrijke rol. Wie beter dan de actieve leden, de bestuurders en afgevaardigden van de partij zijn, onder gunstige voorwaarden, in staat om de ervaringen en lessen uit hun dagelijkse werk te vertalen in de politieke- en campagneagenda van de partij?

Dat zijn de afdelingen met leden en bestuurders die zich in hun dorp, stad of provincie uit de naad werken om er het beste van te maken en hun leden bij de les te houden en omgekeerd. Die kunnen en zullen de brug slaan naar partijprogramma, partijbestuur en fracties. De gunstige voorwaarden kunnen worden gecreëerd als onderdeel van een positieve wil, een gedeeld waardensysteem en een actieve drang om de maatschappij en de wereld te verbeteren - niet in de laatste plaats binnen de partij zelf.

Bewaak de kernprincipes

2. Er zijn in de partijorganisatie mechanismen nodig om rigiditeit op alle niveaus te voorkomen en toch de kernprincipes te bewaken en te beschermen.

Macht is aantrekkelijk en macht corrumpeert (Sartre, Canetti, Djílas). Daarom moeten machthebbers altijd worden gecontroleerd, gecorrigeerd en van tijd tot tijd worden vervangen. Waar niet-transparante en oncontroleerbare, informele machtsgroepen ontstaan binnen en rond een partij is het gezond functioneren van die partij in gevaar. Heldere procedures en protocollen, een transparante organisatie en het vermogen om de macht op elk niveau ter verantwoording te kunnen roepen moeten inherent zijn aan elke partijorganisatie; dat willen alle leden van de partij en de vereniging als zingeving van hun activiteiten.

Besturen betekent ook compromissen sluiten, soms vuile handen maken, teleurstellingen en mislukkingen kunnen slikken. Daarvoor is het nodig om binnen afdelingen en fracties het evenwicht te bevorderen tussen de Rekkelijken en de Preciezen, de Utopisten en de Realisten, de Prinzipienreiter en de Veranderaars. Geen groep of sector mag de beweging en de verandering in de richting die nodig is gijzelen en lamleggen. Daarvoor zijn respect, het vermogen om naar de ander te luisteren, onderlinge dialoog en oprechte belangstelling voor elkaar, binnen elke geleding van wezenlijk belang.

Campagne- én ledenpartij

3. Het is nodig om een 'én–én–redenering' te hanteren waarin de campagnepartij en de actieve, democratische ledenpartij één zijn, met activiteitsgebieden die elkaar over en weer voeden ennversterken en die elkaar ontmoeten in de centrale gremia (bestuur, partijraad, permanente programmacommissie, etc.).

Steeds vaker wordt voorgesteld dat het bij een modern GroenLinks vooral gaat om het werven van meer stemmen, want meer stemmen geven meer macht, en meer macht betekent een sterkere oppositie of regeringsdeelname. Het primaat van de partij zou zijn: 'GroenLinks Campagnepartij', en dat primaat wordt vooropgesteld tegenover en ten koste van het andere primaat: 'GroenLinks Actieve Ledenpartij' en 'Open Debatpartij'. Daarbij worden leden soms gezien als lastige ballast waarmee zo weinig mogelijk rekening gehouden hoeft te worden.

De creativiteit en de drive van de partij zou dan zitten in de politici (fractieleden), de campagnevoerders, de bestuurders, de betaalde krachten en ingehuurde (oncontroleerbare, charlatan-achtige) communicatie- en organisatie- goeroes. Door zulke kringen gewenste beeldvorming komt dan zonder nadere toetsing in de plaats van inbreng vanuit de doorleefde kwaliteit van wat in werkelijkheid gepresteerd wordt.

De kernprincipes

4. Onze kernprincipes blijven overeind. Maar wie ze toch nog wezenlijk wil veranderen, moet voorstellen daartoe doen via de daarvoor geëigende kanalen.

De kernwaarden van GroenLinks staan niet ter discussie. Verschillende partijcongressen hebben ze bevestigd. Ik herhaal ze hier in eigen bewoordingen: GroenLinks onderschrijft, bevordert en verdedigt het totale complex van universele mensenrechten. GroenLinks is een sociale partij met een hart, met compassie voor de kwetsbaren in de samenleving en de wereld. GroenLinks is een emancipatiepartij voor de kwetsbaren en kansarmen. GroenLinks is een duurzaamheidspartij met zorg voor de manier waarop wij onze aarde en de schaarse grondstoffen benutten, exploiteren en uitputten.

GroenLinks doet voorstellen voor een duurzame economie waarin de biodiversiteit en de overleving van de soorten, inclusief de mens, van groot belang is. GroenLinks is vervuld van een sterke drang naar vrijheid en vrede. GroenLinks waardeert, bevordert en beschermt de maatschappelijke diversiteit in al zijn uitdrukkingsvormen: de 'ander' bezien en behandelen wij als even waardevol als 'onszelf', ongeacht sekse, seksuele voorkeur, religie, levensbeschouwing, huidskleur, afkomst of sociale klasse.

Wij zijn dus tegen discriminatie en voor acceptatie en gastvrijheid ten opzichte van 'de ander'; alle burgers zijn, net als wij, wereldburgers. In dit opzicht zijn wij vrijzinnig. Binnen dat geheel begrijpen wij dat het vasthouden aan deze en soortgelijke principes binnen de complexe context van Europa en de wereld niet hetzelfde is als behoudzucht en rigiditeit.

Juist het dynamisch hanteren van onze principes in een steeds veranderende wereld helpt ons om creatief en vernieuwend om te gaan met wetten, organisaties, regels, verworven rechten en vormen van samenwerking. Principevastheid vraagt om veranderingsgezindheid; de inhoud van onze principes vraagt ook om vrijmoedigheid en durf.

Verantwoording

5. Er moet een formule worden ontwikkeld om fractieleden verantwoording te laten afleggen aan de partij over hun politieke opstellingen en strategische keuzes in het parlement. Dat kan worden gesteund door meer vormen van dialoog, advisering en ruggespraak. Ik verwijs naar enkele goede recente voorbeelden in de partijraad.

Fractieleden in de Eerste en Tweede Kamer en het Europees Parlement zitten daar met het mandaat van de kiezers die op hen gestemd hebben. Zij worden geacht te werken vanuit het op partijcongressen overeengekomen verkiezingsprogramma en de na eventuele onderhandelingen met andere partijen bereikte compromissen.

Kamerleden hebben ook een eigen initiatiefrecht binnen hun portefeuilles. Zij kiezen hun eigen voorzitter en fractiebestuur, allemaal zonder ruggespraak met de partij-vereniging. Formeel hebben fractieleden geen verantwoordingsplicht naar de partij en haar leden. De partij heeft wel de rol en de macht om kandidaten te selecteren en voor te dragen, om kieslijsten samen te stellen en om leden bij ernstig wangedrag te schorsen. De laatste jaren zijn de fracties teveel van de partij los gedreven. Dat heeft geleid tot schade aan de partij.

Leef zoals je preekt

6. Laat liefde, zorg en aandacht een integraal onderdeel zijn van onze omgang met elkaar op alle niveaus. Dat sluit professionaliteit niet uit. Integendeel zelfs, het bevordert een betere samenwerking en samenhang. Daar kun je met elkaar in oefenen en het zal blijken dat het bevalt.

'Leef zoals je preekt' is geen gekke basiswaarde - en tevens een goede praktische richtlijn. Lokale vergaderingen waarin mensen geen aandacht voor elkaar hebben, karaktermoord plegen om strategisch-politieke redenen of gewoon uit afgunst, het afzagen van stoelpoten en het laten struikelen van (vermeende) tegenstanders: niets menselijks is ons vreemd.

Maar, zeggen we steeds tegen elkaar: zo gaan we niet met onze mensen om. Wel dus! Maar wij zijn toch geen machtsbeluste apparatsjiks zonder empatisch vermogen, zonder warme belangstelling voor elkaar? Alle werk in de politiek is mensenwerk, van gewone mensen met hun eigenaardigheden, verlangens, ambities, frustraties en angsten. Daar moeten we zuinig en verstandig mee omgaan.