GroenLinks is in het verleden geroemd en verguisd om het open debat dat de partij voert over steun aan militaire en civiele missies, en alle vraagstukken die daarmee samenhangen. Grote terughoudendheid ten opzichte van militair geweld en tegelijkertijd zeer begaan zijn met de bescherming van burgers confronteert de partij met een dilemma. De urgentie waarmee dat dilemma gevoeld wordt, lijkt typisch Groen.

Ook bij Groene partijen in andere landen leidde mogelijk militair ingrijpen in het buitenland tot fundamentele en soms ongemeen felle debatten – denk bijvoorbeeld aan de verfbom die Joschka Fischer naar zijn hoofd kreeg tijdens een partijcongres van Bündnis 90/Die Grünen over ingrijpen in Kosovo. De partijdiscussie over vredesmissies werpt soms haast de vraag op of GroenLinks zelf geen interventie van VN-blauwhelmen nodig heeft om de vrede te bewaren. Gegeven de moeilijke afweging waar juist GroenLinksers zich bij militair ingrijpen voor geplaatst zien, is een open en respectvol debat echter een groot goed.

Naar aanleiding van de evaluatie van de turbulente periode rond de Tweede Kamerverkiezingen van 2012 door de commissie-Van Dijk is op twee sporen actie ondernomen. Het partijbestuur is voorstellen gaan ontwikkelen voor verdere versterking van het open debat binnen GroenLinks. Tegelijkertijd kondigde partijleider Bram van Ojik in een e-mail aan alle leden een aantal concrete onderwerpen aan waarover dit open debat zou moeten gaan, waaronder militair ingrijpen.

Ik vind het GroenLinks sieren dat het eerste 'open debat nieuwe stijl' gevoerd gaat worden over een van de traditioneel meest gevoelige onderwerpen. Dat toont lef en het verlangen een serieuze discussie met leden en sympathisanten aan te willen gaan. Daar werkt Bureau de Helling in haar rol als onafhankelijke aanjager van het partijdebat graag aan mee.

Zoals ook de Bureau de Helling-publicatie van Gerrit Pas laat zien, heeft GroenLinks een lange geschiedenis van diepgravend nadenken over vrede en veiligheid. Het is dan ook curieus dat juist de partij die traditioneel uitgebreid discussieert en doorwrochte analyses produceert over militair ingrijpen, bij concrete beslissingen soms zo in de problemen komt op dit terrein. Het omstreden besluit om een missie in Kunduz te steunen is het meest recente voorbeeld.

Rechtvaardige oorlog

Bij concrete beslissingen van GroenLinks op het gebied van militair ingrijpen zijn de reacties van binnen en buiten de partij gemengd. Terwijl GroenLinks op dit gebied een grote mate van continuïteit in haar programma's kent. Hierbij wordt teruggegrepen op criteria uit het zogenaamde jus ad bellum, het recht om tot oorlog over te gaan. Hierbij vereist militair ingrijpen – al dan niet impliciet – een rechtvaardig doel, het juiste motief, proportionaliteit en besluitvorming via een legitieme autoriteit.

Bovendien moet het militair ingrijpen een laatste redmiddel zijn. Deze criteria zijn onderdeel van een lange traditie van denken over het filosofische begrip 'rechtvaardige oorlog', die teruggaat op Cicero en in zekere zin met de VN-doctrine van de Responsibility to Protect in een modern jasje is gestoken (zie het themanummer 'Humanitaire Interventie' van tijdschrift de Helling).

Is die moderne variant van een rechtvaardige oorlog, met bijbehorende criteria, afdoende? Ontstaan de problemen omdat de criteria de concrete gevallen van militair ingrijpen waarmee GroenLinks zich geconfronteerd ziet, niet afdoende dekken? Dat zijn vragen die tijdens debatbijeenkomsten ongetwijfeld aan bod zullen komen. En hoewel je de wisdom of the crowds nooit moet onderschatten – zeker niet als het een GroenLinks-crowd betreft – denk ik niet dat hier het probleem zit. Tweeduizend jaar denken over de rechtvaardige oorlog is moeilijk te kloppen.

Wanneer er problemen ontstaan bij concrete besluiten tot militair ingrijpen is dat vooral ook omdat de criteria niet voor iedereen hetzelfde betekenen. In die zin zouden we misschien beter over de dilemma's van de rechtvaardige oorlog kunnen spreken dan over criteria. Want wanneer zijn gruwelijkheden gruwelijk genoeg om de gruwel van gewelddadig ingrijpen te rechtvaardigen?

Om de verschillende betekenissen die GroenLinksers aan de criteria toekennen op tafel te krijgen, is een open debat cruciaal. Openheid betekent in deze ook dat er geen dwingende eensgezindheid hoeft te ontstaan. We moeten criteria voor militair ingrijpen niet alleen op papier vast willen leggen, we moeten ze als partij doorleven en open staan voor de afwegingen die anderen maken.

De voorstellen van het partijbestuur met betrekking tot de open debatpartij kunnen hier zeer behulpzaam bij zijn. De luiken gaan open en besluitvorming wordt uit de spreekwoordelijke rokerige achterafzaaltjes gehaald. Partners uit de groene en progressieve beweging die nog niet in de partijloopgraven ingegraven zitten, kunnen ons de spiegel voorhouden als er al te makkelijke keuzes worden gemaakt, terwijl de dilemma's die voorliggen juist uitermate complex zijn. Met digitale peilingen kunnen mogelijk nieuwe groepen GroenLinksers verleid worden input te geven op partijdiscussies.

Het eigen gelijk

Maar zo'n manier van werken vereist wel lef en rebelsheid; twee zaken die Groenen mijns inziens van nature zouden moeten hebben. En dit keer is dat geen rebelsheid tegen traditionele machtsblokken, maar rebelsheid ten opzichte van het eigen gelijk. Schud vastgeroeste opvattingen eens op aan de hand van de dilemma's die de criteria voor een rechtvaardige oorlog met zich meebrengen. Een rechtvaardig doel? Mooi, maar wanneer zijn de gruweldaden van een regime ernstig genoeg om ingrijpen te rechtvaardigen?

Het juiste motief? Heel goed, maar wat betekent het als partners in de internationale coalitie duidelijk óók economische of geopolitieke belangen hebben? Militair ingrijpen als laatste redmiddel? Eens, maar wat als de nog overgebleven niet-militaire opties politiek geblokkeerd worden terwijl er burgers sterven? Kortom, speel je eigen advocaat van de duivel.

Men zegt wel dat het eerste slachtoffer van oorlog de waarheid is. Laat dan in deze partij-'oorlog' die in september losbarst, het eerste slachtoffer de eigen waarheid zijn. 

Dit artikel verscheen eerder in het GroenLinks Magazine.