Wie goed wil communiceren en mensen overtuigen van zijn verhaal, is zich bewust van het belang van framing. Welke frames kunnen groene partijen ontwikkelen om weerwerk te bieden tegen het dominante rechts-populistische frame in de huidige politiek? En welke concepten dragen een dergelijk frame? Hoe ons wapenen tegen de onzekere tijden op een wijze dat we er op sociaal en ecologisch vlak sterker en beter van worden? Dat is misschien wel de hamvraag voor progressieve en ecologische partijen.

Drie componenten

Het begrip resilience, in het Nederlands doorgaans vertaald als veerkracht, draagt de potentie in zich om ontwikkeld te worden tot een belangrijk dragend concept van het groene gedachtegoed. Veerkracht slaat op de capaciteit van sociaalecologische systemen (bijvoorbeeld een riviervallei) om verstoringen te absorberen en zichzelf te herorganiseren zonder dat de functie, structuur of identiteit verloren gaan.

Een veerkrachtig systeem is dus in staat zich aan te passen aan veranderingen en daarbij toch gezond en vitaal te blijven en de nodige diensten te blijven leveren. En misschien is het belangrijkste wel dat een veerkrachtig systeem in staat is om wijzigingen vorm te geven, en niet louter te reageren op wat zich aandient.

Veerkracht omvat drie componenten: korte feedbacklussen, modulariteit en diversiteit.

Bij korte terugkoppelingslussen gaat het erom dat we snel geconfronteerd worden met de gevolgen van ons handelen. Dit is bijvoorbeeld een deel van het probleem bij de aanpak van de klimaatverandering en de milieu-impact van genetisch gemanipuleerde gewassen, die we met het blote oog niet kunnen vaststellen.

Modulariteit wijst er op dat de verschillende subsystemen niet overdreven gekoppeld zijn, maar elk over een zekere graad van autonomie beschikken. Als subsystemen te sterk intern gekoppeld zijn, kan een schok zich makkelijk door heel het systeem verplaatsen en meer schade berokkenen dan noodzakelijk. Het zou een boeiende denkoefening zijn om dit perspectief toe te passen op de bankensector: hoe komt het dat een crisis in Griekenland banken in andere landen in de problemen brengt?

Een systeem met een hoge modulariteit heeft juist lossere componenten met hogere elasticiteit en buffercapaciteit, waardoor een schok minder schade kan toebrengen (denk aan dominoblokjes, waarbij als er enkele ontbreken in de rij het vallen van één blokje niet de val van heel de rij met zich meebrengt). Ook de toename van hevige regenval door klimaatopwarming toont het belang van modulariteit. Door rivieren recht te trekken en overstromingsgebieden vol te bouwen, kan een lokale hevige regenbui in korte tijd een overstroming veroorzaken. Als waterbeleid de laatste tijd weer aanstuurt op het herstel van overstromingsgebieden, dan wil ze enkel de modulariteit herstellen die het watersysteem vroeger bezat.

Het belang van diversiteit wordt duidelijk met het voorbeeld van de landbouw: monoculturen zijn extreem kwetsbaar. Een diverse teelt met gewassen waarbij het ene beter bestand is tegen droogte, het andere tegen ziektekiemen e.d., is veel robuuster in een meer turbulente omgeving.

Maar hetzelfde geldt voor de samenleving: als we maar één oplossing hebben voor onze problemen (de markt, zoals de neoliberalen in de jaren negentig verkondigden), dan zit je diep in de problemen als deze oplossing haar beloftes niet inwilligt. Net zoals een olieafhankelijke samenleving direct in de problemen komt als de marktprijs van deze ene energiebron sterk begint te stijgen.

Onze economie en samenleving kent een dramatisch gebrek aan veerkracht. In 2000 bracht een staking van de vrachtwagenchauffeurs in Groot-Brittannië binnen drie dagen het eiland op de rand van de afgrond. Had de staking nog één dag langer geduurd, dan was er nood aan voedselrantsoenering. Elke dag zijn we dus met ons huidig systeem slechts drie dagen verwijderd zijn van de honger.

Drie vragen

Geconfronteerd met een zich wijzigende samenleving en leefmilieu zijn er vanuit veerkracht steeds drie vragen aan de orde. Eerst: kan het bestaande systeem de veranderingen aan? Is dit niet het geval, dan komt de tweede vraag aan de orde: kunnen we het aanpassingsvermogen van onze samenleving verhogen door de introductie van nieuwe vormen van organisatie?

Als bijvoorbeeld de goedkope olie stilaan uitgeput raakt, kunnen we deze energiebron dan eenvoudig vervangen door andere goedkope energiebronnen? Als het antwoord op deze vraag nee is, komen we tot de derde vraag: hoe staat het met ons transformatietalent om de samenleving en haar systemen klaar te maken voor de toekomst?

Wie maatschappelijke problemen bekijkt vanuit het perspectief van veerkracht, komt tot heel andere verhalen dan de gebruikelijke. Bijvoorbeeld in plaats van het verheerlijken op zich van innovatie of van een hooggeschoolde kennissamenleving, wat nu wordt beperkt tot de vraag wat mensen kunnen presteren op de arbeidsmarkt en of landen kunnen overleven in de neoliberale wereldeconomie, wordt de vraag welke vormen van kennis we als samenleving nodig hebben om klaar te staan voor de veranderingen die op ons afkomen.

Misschien vormt veerkracht wel een alternatief voor het huidige rechtseconomisch neoliberaal beleid dat leidt tot afbraak van overheid en sociaal beleid. Hier ligt een mooie uitdaging op de plank voor groene en linkse bewegingen: hoe tegengas geven en werken aan kaders over een veerkrachtig verhaal dat ons zelfzeker voorbereidt op turbulente tijden?

Dit is de sterk ingekorte tekst van een gelijknamig artikel in de Helling van 2011, nr. 3. (thema framing). Lees hier de complete tekst.