Wat is jouw definitie van religie?

"Ik wil beginnen met een onderscheid aan te brengen tussen religie en spiritualiteit. Religie, of beter, godsdienst, is de institutionalisering van het transcendente, terwijl spiritualiteit iets zelfordenends is, net als ecologie. Spiritualiteit zou ik willen omschrijven als het menselijke lijntje met het grotere geheel, andere mensen inbegrepen, onze voorouders, dieren, bomen, planten en het heelal.

Ikzelf ben een afvallige katholiek. Groene ideeën zijn voor mij de vervanging van een katholicisme waar ik me niet in kon vinden, hoewel ik wel waardering had voor het aspect van de sociale rechtvaardigheid van het katholieke geloof. Ik ben beïnvloed door het boek Soil and Soul: People versus Corporate Power (Aurum Press, 2001, 2004) van Alastair McIntosh, dat een combinatie is van ecologie, sociale rechtvaardigheid en radicale spiritualiteit.

Het begint met een levendig verslag van zijn jeugd op het eiland Lewis, op de Hebriden, waar de lokale economie, de spiritualiteit en de cultuur met de intrede van de moderne wereld uit elkaar begonnen te vallen. Het laat zich ook lezen als een boek over theologie, waarin calvinisme en ecofeminisme samenkomen in een bevrijdingstheologie van de schepping.

Voor mij is poëzie een deur naar de spiritualiteit en het kloppend hart van de spiritualiteit, zoals voor mij tot uitdrukking gebracht in de vroege mystiek van Ierse dichters als Patrick Kavanagh (1904-1967) en Seamus Heaney (1939-2013). Dichters hebben hier in Ierland in het alledaagse leven altijd in hoog aanzien gestaan, wat niet overal zo is. De dichter-filosoof John Moriarty is een prachtige mysticus in de Ierse traditie.

Het is gemakkelijker om naar hem te luisteren dan hem te lezen, wat ook geldt voor James Joyce. Ik vind dat je Ulysses moet horen in plaats van moet proberen te lezen, omdat Joyce in de orale traditie schrijft. Zo laat spiritualiteit zich poëtisch lezen, wat me in staat stelt mijn humanisme in overeenstemming te brengen met het geloof van mensen die God centraal stellen in hun leven en daar betekenis aan ontlenen. Het maakt mijn atheïsme en humanisme ook anders dan dat van mijn medehumanisten die godsdienst en spiritualiteit radicaal van de hand wijzen.

Dat de van een goddelijk wezen uitgaande spiritualiteit zo sterk is en zo veel veerkracht heeft, is deels te danken aan de lange geschiedenis waarvan deze poëtische en tot de verbeelding sprekende verwoording van betekenis deel uitmaakt. De esthetische schoonheid van religieuze uitingsvormen kan niet worden ontkend, of het nu gaat om de schoonheid van de islamitische architectuur of gregoriaanse kerkmuziek of de dans en de religieuze rituelen van de Amerikaanse indianen, of de stenen hutten in de vorm van bijenkorven en het verhaal over de monniken die ze bouwden op het eiland Skellig Michael voor de kust van Kerry, in het zuidwesten van Ierland.

Dat bedoel ik met de poëzie van religie en spiritualiteit, de manier waarop er een esthetisch aangenaam verhaal wordt geweven over de menselijke conditie, met stijlfiguren en het gebruik van verteltechnieken – over mislukking, verdwalen, verlies, verlichting, verlossing enzovoorts. Die poëzie komt ook tot uitdrukking in de rituelen en vertellingen die de meeste religies en spirituele tradities hebben geschapen rond een aantal belangrijke momenten in het menselijk leven – bijvoorbeeld over geboorte, dood, huwelijk, het gezamenlijk nuttigen van de maaltijd."

Waarom maken we onderscheid tussen godsdienst en andere transcendente waarden en uitingsvormen?

"Omdat we ons normen- en waardenstelsel hebben opgesplitst. In gelijkheid en democratie liggen waardigheid, macht en poëzie besloten en ik zou er dezelfde betekenis aan willen toekennen als aan religie.

De grote monotheïstische godsdiensten als het christendom en de islam komen op wanneer eenvoudige samenlevingen plaatsmaken voor maatschappijen en culturen met grondbezit, landbouw en veeteelt. Het christendom kent de idee van het rentmeesterschap: de aarde is er niet om door ons te worden geplunderd, dat is een kapitalistisch idee; wij zijn gemaakt voor de aarde en we moeten er voorzichtig mee omspringen en haar doorgeven aan de volgende generatie. De Groenen kunnen zich vinden in dat religieuze aspect van het rentmeesterschap, omdat ze ook staan voor dat rentmeesterschap. Of we nu christen zijn of moslim, jood, hindoe of boeddhist, allemaal geloven we dat we zorg moeten dragen voor Gods schepping."

Je bent marxist. Is het marxisme een religie volgens jou?

"Ja, ik vind het marxisme één grote christelijke ketterij. Het heeft alle kenmerken van een religie: er is een heilig boek, er zijn wereldlijke heiligen, er is een verhaal over zondeval, verlossing en een toekomstige heilstaat, kortom: het heeft alle oerthema’s. Het verhaal begint met een idylle van vóór de zondeval; daarna de val in het kapitalisme; verlossing en catharsis door de arbeidersrevolutie en het beloofde land in termen van een hemel op aarde. Het heeft alle trekken van de christelijke mythe, inclusief zijn eigen joodse profeet.

Ik was nooit zo gelukkig met richtingen binnen het marxisme als de Socialistische Arbeiderspartij en de Communistische Partij, die religie simpelweg afdeden als opium van het volk. De algemene opvatting was dat een religieuze inslag een teken was van waanzin. Natuurlijk kan een premoderne religie gebruikt worden voor conservatieve, ouderwetse doeleinden, maar de impuls achter religie of spiritualiteit is positief; religie behelst het gepassioneerde en vooruitstrevende wezen van de geest.

Er zijn velerlei terreinen waarop de visie van de marxist en de christen identiek zijn. De Braziliaanse rooms-katholieke bisschop Dom Hélder Câmara (1909-1999) zei: ‘Als ik voedsel geef aan de armen noemen ze me een heilige, vraag ik waarom de armen honger hebben, dan noemen ze me een communist.’

Ik ben een onverbeterlijke marxist in die zin dat ik de wereld zie als een door economische krachten geordend geheel, maar ik ben tevens humanist in de zin dat ik het belang inzie van de niet-materiële kant van het leven. Religie kan niet altijd worden gereduceerd tot een ideologie of een vals bewustzijn, of de balsem voor een moeilijk bestaan. Volgens Marx was religie de roep van het hart in een harteloze wereld. Troost, ja, daar zit iets van troost in, maar ook een aanzet tot iets anders, iets dat groter is dan wijzelf.

Daar gaat het hele marxisme over, hoewel het onvoldoende kritisch is over zijn eigen ethische reikwijdte: het heeft geprobeerd staande te houden dat het geen ethische filosofie is maar een wetenschap, het trapte in de val van het wetenschappelijk denken van de negentiende eeuw. Ten diepste gaat marxisme over recht en onrecht, maar dat werd gezien als een ethisch idee van de bourgeoisie.

In de heilige verontwaardiging van het marxisme spreekt volgens mij zijn religieuze en ethische kant. De terechte verontwaardiging die het marxisme aanwakkerde is dezelfde als die waarmee het groene activisme wordt aangewakkerd, dat op haar beurt weer wordt aangewakkerd door de wetenschap dat de wereld ontluisterd wordt door lijden, onrecht, verwaarlozing, dingen die allemaal oplosbaar zijn, waardoor lijden dus onnodig lijden is. In mijn academische werk zeg ik onomwonden dat mijn idee van het goede leven, van menselijke voorspoed, nauw verweven is met lijden en dood. Ik ben het oneens met de naïeve gedachte dat we een bruto nationaal geluk kunnen scheppen – ik gun ieder zijn welzijn, maar ook een volledig gelukkig menselijk bestaan kent nu eenmaal lijden en dood.

De godsdienst geeft ons de rites de passage, huwelijk, geboorte, dood, waar we een zekere betekenis aan ontlenen. Ik ben in de katholieke kerk getrouwd, deels omdat het nu eenmaal vertrouwd was. Je kunt religie scheiden van de theologie van een wereldvreemde, mannelijke god en de rituelen hebben nog steeds betekenis; ze zijn bekende verhalen en volgens mij is dit het nu juist wat religie aan mensen geeft: de bekende verhalen en vertellingen.

In Ierland raken we ons besef van het hebben van een goede dood een beetje kwijt; dat was een zegen, iemand een goede dood toewensen, dat was wat godsdienst je kon schenken, een goede dood, vrede hebben met je demonen en in het reine komen met je geweten. Religie is een onderdeel van hoe we belangrijke momenten in ons bestaan, geboorte en dood, beleven."

Beschouw je religie als een obstakel of als een inspiratiebron voor de groene beweging?

"De vraag die we ons als Groenen moeten stellen is: welke verhalen hebben we te vertellen, welke verhalen vertellen we onszelf over de huidige crisis? Ik zie een rol weggelegd voor geloofsgemeenschappen in de overgang naar duurzaamheid. Ik denk dat ze te weinig betrokkenheid hebben getoond in het aanpakken van klimaatverandering, misschien wegens een te beperkte visie."

“ De Bijbel spreekt meer over onrecht dan over homoseksualiteit, waarom worden gelovigen dan geobsedeerd door zulke onbelangrijke kwesties, en pakken ze de grote problemen als onrecht en de aantasting van het milieu niet aan? ”

"Er rust met recht een bijzondere verantwoordelijkheid op geloofsgemeenschappen. Want als ze echt geloven in Gods schepping, wat doen ze dan om die te beschermen, hoe kunnen ze dan geen kritiek hebben op onrecht, en op het consumentisme dat wordt voortgebracht door het wereldkapitalisme? De Bijbel spreekt meer over onrecht dan over homoseksualiteit, waarom worden gelovigen dan geobsedeerd door zulke onbelangrijke kwesties, en waarom pakken ze de grote problemen als onrecht en de aantasting van het milieu in de wereld niet aan?

We hebben veel gemeenschappelijk, maar het is lastig als je vrome, hypermaterialistische christenen tegenkomt. Ze leven niet volgens het boekje, ze zijn de weg kwijt. Aan hen vraag ik: wat zou Jezus hebben bewogen? Hij zou vast en zeker een fiets in plaats van een auto hebben gebruikt! De huidige paus is interessant en de vorige anglicaanse aartsbisschop van Canterbury, Rowan Williams, is een inspirerende figuur.

Het is jammer om te zien hoe de energie die godsdienst teweeg kan brengen opgaat aan kleine vraagstukken als abortus en het homohuwelijk, kwesties rond seksualiteit. Terwijl we ons zouden moeten concentreren op het lijden en de armoede. Het christendom gaat volgens mij over lijden en onrecht, niet over het homohuwelijk. Waar ga je je energie in steken, in het homohuwelijk of in kinderarmoede?"

Je bent actief in Noord-Ierland, een regio die wordt beheerst door een religieus conflict. Hoe is dat voor jou als gekozen groene politicus in zo’n betwiste openbare ruimte?

"Het Noord-Ierse conflict is geen godsdienstoorlog. Hier staat godsdienst symbool voor identiteit; er is een etnonationalistisch geschil dat twee mislukte pogingen om een staat te stichten omvat: het onvermogen van Groot-Brittannië om zich blijvend op Ierse grond te vestigen en het onvermogen van de Ierse Republiek om Noord-Ierse unionisten te interesseren voor burgerlijk-republikeinse staatsvorming."

“ Het Noord-Ierse conflict is geen godsdienstoorlog. Hier staat godsdienst symbool voor identiteit ”

"Vandaar de vermenging van religie en politiek in de openbare sfeer. De uitkomst is twee staten met een duidelijk religieuze identiteit, waarin minderheden werden geïsoleerd. De Noord-Ierse nationalisten zijn cultureel gesproken katholiek, hoewel volgens mij godsdienst en identiteit hier samenvallen. Maar een uitgesproken katholiek collectivisme maakt nog steeds deel uit van de schakeringen waar de Noord-Ierse identiteit uit bestaat. In de Ierse Republiek heeft het plaatsgemaakt voor consumentisme en secularisme."

Hoe werken groene ideeën in een land waar de openbare ruimte zo door godsdienst wordt beheerst?

"In de Noord-Ierse context met zijn christelijk conservatisme aan alle kanten, houden de Groenen er andere waarden op na. De Groenen zijn voor het homohuwelijk en voor abortus en voor het recht op een waardig levenseinde. De Groenen vallen op doordat alle andere partijen het conservatieve christelijke geloof uitdragen en naar ons wordt geluisterd. Groene waarden kunnen anderen, die een alternatief willen voor wat ze al weten, inspireren en wij zijn een belangrijke andere stem in de openbare ruimte."

Hoe zie je de plaats van de islam in Europa?

"Ik zie de islam als onderdeel van de Europese identiteit, hij is hier altijd geweest. Islam is geen nieuwe buitenlandse entiteit maar maakt deel uit van de Europese geschiedenis, vooral wat betreft zijn invloed op de ontwikkeling van de wetenschap tijdens de renaissance, toen veel klassieke manuscripten en Arabische cijfers en wiskunde, in het bijzonder de algebra, hiernaartoe kwamen. De islam maakt deel uit van de rijke schakering binnen de monotheïstische ethische godsdiensten. De meeste islamitische geleerden wijzen erop dat het islamitische fundamentalisme niet representatief is. Extreme vormen van de islam, zoals ze gemeengoed zijn in Saoedi-Arabië, vertegenwoordigen niet de moslimmeerderheid.

De bredere vraag is hoe we een multiculturele samenleving bouwen, gebaseerd op polemiek in plaats van vijandigheid. Een goed werkende democratie is een bevlogen democratie. De uitdaging voor ons als Europese Groenen is de schepping van een democratische polemiek, niet gebaseerd op conflict, waar tegenstanders een geweldloze strijd voeren met elkaar, door middel van debat, satire, humor enzovoorts, maar niet door middel van vijandschap. We moeten manieren zien te vinden om het geweld te sublimeren, verbaal geweld is beter dan met elkaar op de vuist gaan, en er zit een drempel tussen geweld en geweldloosheid.

Je mag kritiek hebben op de islam, satire gebruiken, maar geen haatdragende taal bezigen. We moeten respectvol omgaan met de verschillen die tussen ons bestaan en elkaar niet als vijanden bevechten, maar door middel van het debat en een menigte ideeën. Zo is de Europese Unie tot stand gekomen, door vijandschap om te zetten in polemiek. Het is de verwezenlijking van Montesquieus visie van een energieke en robuuste openbare ruimte, vol geweldloze strijd. Wij in Europa geloven in de kracht van wetten, maar wetten veranderen.

Wetten veranderen met de cultuur, kijk bijvoorbeeld naar de gelijkstelling van het homohuwelijk met het ‘gewone’ huwelijk. En er zijn godsdiensten die hun gewoonten en overtuigingen tot wet willen verheffen en die aan anderen willen opleggen, maar een democratische staat mag intolerantie nooit tolereren. Er moet een strenge scheiding zijn tussen kerk en staat, waarbij de staat niet één ideologie mag aanhangen of bevorderen, maar godsdienstvrijheid moet toestaan. Verandering moet gebaseerd zijn op consensus en geweldloosheid."

Uit het Engels vertaald door Robert Dorsman.

John Barry (1966) is hoogleraar groene economie aan de School of Politics, International Studies and Philosophy van Queen’s University Belfast. Tot zijn onderzoeksgebieden behoren: politiek en milieu, de groene economie en theorie en praktijk van verzoening in Noord-Ierland. Barry stond aan de wieg van het Centre for Progressive Economics en de denktank Green House, en is mede-grondlegger van de Holywood Transition Town. Hij is voormalig leider van de Noord-Ierse Groenen en raadslid voor de Groenen in de gemeenteraad van North Down.