De duurzame problematiek is groot en lijkt ons soms boven de pet te gaan. Ik heb kort geleden geleerd hoopvoller te zijn. Wat vind je van de bewering dat niet alleen de grote problemen exponentieel groeien, maar ook de oplossingen?
“Als het gaat om duurzame energieopwekking heb ik geen probleem met die bewering, omdat er oneindig veel zon en oneindig veel wind is; dat is de hele idee van hernieuwbaar. Onze systemen worden daar ook steeds meer op ingericht. Maar deze trend is ingebed in andere trends en je mag hem niet isoleren: dan depolitiseer je de trend. Denken in oplossingen is mooi, maar leidt ook tot blinde vlekken. Juist van zulke transities – grote trends die autonoom lijken – moet je de politiek onderkennen.”
Wat is de politieke betekenis van de energiekwestie? Stel dat het aandeel duurzaam naar 100% gaat, is er dan nog politiek over?
“De snelheid van de transitie bepaalt hoe de macht verdeeld wordt. Als het in vijf jaar gebeurt, dan verschuift de macht veel radicaler dan als het in dertig jaar gebeurt. In dit geval kan Shell rustig beweren dat gas de transitiebrandstof is en dat Shell dus aan duurzaamheid werkt. Ten tweede speelt de ‘geografie’ van transities een rol: hoe je de transitie bijvoorbeeld als stad ruimtelijk verdeelt met warmtenetten – welke wijken krijgen voorrang?
Of gaat het politieke verhaal over Europa tegenover Rusland, over niet gasafhankelijk zijn, over de fragiliteit van oliestaten, olieafhankelijkheid in de regio’s, over klimaatvluchtelingen? Zoiets simpels als vergroening kan dus een heel gelaagde politieke betekenis hebben.”
Stel dat er een minister van Klimaat en Armoedebestrijding zou zijn – zoals je laatst in de Groene Amsterdammer opperde – wat voor programma zou die uitvoeren?
“Hij of zij zou zich richten op de meest kwetsbare groepen. Bijvoorbeeld nationaal op gezinnen die relatief het meest betalen aan energie – meer dan 10% van het besteedbaar inkomen per maand. Mensen die lijden aan ‘energiearmoede’ geef je extra korting, gratis ov, zonnepanelen. De gedachte is om dat soort kwetsbaarheid aan klimaatdoelstellingen te koppelen.
Zo’n minister zou zich ook moeten uitspreken over het vluchtelingenprobleem in relatie tot klimaatverandering: over de oorzaken, droogte, slechte oogsten, economische kwetsbaarheid. Of als er overal elektrische auto’s en laadpalen verschijnen stelt hij of zij een onderzoek in om zeker te stellen dat de batterijen voor elektrische auto’s niet zijn gemaakt met grondstoffen uit Congo, waar kinderen en halfslaven in de mijnbouw werken.
Zo’n minister zou zich sterk maken voor een verbod op elektrische auto’s met een accu waarin zogenaamde ‘conflictmaterialen’ zijn verwerkt, net zoals nu met oude diesels gebeurt. Zo’n minister zou, kortom, dingen doen die nu aan actiegroepen worden overgelaten."