Het is daarom effectiever het hulpgeld te besteden aan regio’s waar al infrastructuur aanwezig is, om die uit te breiden. Waarbij Nederland haar kennis en ervaring met stadsplanning inbrengt. ‘Vinex aan de Jordaan’ is misschien een wat minder wervend, maar wel productiever zinnebeeld.
Zelfbestuur in een vreemd land is de verkeerde prioriteit. Met een combinatie van diplomatieke druk en royale steun voor het gastland, haar machthebbers in het bijzonder, kan vast wel ergens een stuk land verkregen worden. Grootschalige projecten waar een kleine elite beter van wordt terwijl de plaatselijke bevolking de gevolgen maar moet slikken, of het nu een mijnbouwproject, een dam of een vluchtelingenstad is, we zien helaas nog elke dag dat het kan. In dit geval, mogelijk vervelend voor de plaatselijke bevolking, maar vooral: rampzalig voor de volgende vluchtelingenstroom. Want waar nu in landen als Libanon, Jordanië en Turkije de bereidheid bestaat om miljoenen buren een (veilig) onderkomen te bieden, zal die met een precedent als Zatopia wel eens snel kunnen verdwijnen.
Nu zijn vluchtelingen nog gasten. Gasten die lang kunnen blijven, maar in ieder geval met de intentie dat ze, zodra dat mogelijk is, weer teruggaan. Zatopia verandert dat radicaal. Vluchtelingen veranderen in potentiële kolonisten en bezetters. Grenzen zullen sluiten, vluchten kan niet meer. Hier kan Poppers meest vernietigende oordeel over utopisch denken wel eens op zijn plaats zijn: Those who promise us paradise on earth never produced anything but a hell.
Het grondbezit is ook geen noodzaak om de geschetste verbeteringen te realiseren. De kern is een deal tussen donors die investeren enerzijds en het gastland dat daar grond voor beschikbaar stelt anderzijds. Ondertussen nemen de inwoners zoveel mogelijk zelf het bestuur in handen. Met die gedachte is niets mis. Maar daarvoor hoeven we niet van een land te vragen de zeggenschap over een deel van de eigen grond op te geven.
Een vorm van zelfbestuur als onderdeel van het bestuur van het gastland biedt de beste kans op integratie. Het voorkomt ook dat conflicten hoog oplopen. Conflicten waarbij de voormalig vluchtelingen zich beroepen op de zelfstandigheid, bijvoorbeeld als de economische voordelen voor de oorspronkelijke bevolking tegen blijken te vallen of conflicten over het vluchtelingenkamp als uitvalsbasis van extremisten en rebellen die uiteindelijk ook het gastland bedreigen. Zoals Halsema beschrijft over de kampen in Kenia, Kakuma (‘nergens’) en Dadaab (‘harde rotsachtige plek’), waar Al Shabaab-strijders op adem komen, terroristen ronselen en wapens verstoppen.
As well as we can
Om haar groene en linkse idealen te realiseren heeft GroenLinks een migratiestandpunt nodig dat niet alleen niet al te veel kiezers ‘afstoot’, maar dat tevens niet alle mogelijke coalitiepartners van zich vervreemdt.
Terug naar 23 april 2016. Jesse Klaver stelt zich voor aan zijn partij. Daarbij roerde hij na migratie ook de tweedeling op de arbeidsmarkt aan, net als de groeiende financiële ongelijkheid, de maatschappelijke tegenstellingen en de noodzaak van een duurzame economie. Problemen die hij in zijn afsluiting allemaal voorzag van pasklare oplossingen. Opvallend genoeg ontbraken in die afsluitende rijtjes oplossingen voor de migratieproblematiek. Meer principes dan oplossingen, dat is lastig formeren, zo bleek.
Met haar utopisch essay, in het bijzonder met de uitgebreide analyse die aan de utopie zelf voorafgaat, biedt Halsema een basis voor een GroenLinkse inzet in het migratiedebat die wel mogelijkheden tot een politiek compromis biedt. Halsema, zelf voorstander van een ruimhartiger toelatingsbeleid, concludeert dat de migratiestroom nu al te groot is om met opvang in Europa wezenlijk te verlichten. In de toekomst zal dat alleen maar minder het geval zijn. Zojuist is de eerste inschatting verschenen van het aantal klimaatvluchtelingen in 2050 dat de één miljard overstijgt.
In haar essay vermijdt Halsema opzichtig Poppers meest bekende citaat. Toch is dat het meest toepasselijk voor haar utopische worsteling met de modderige werkelijkheid van de ontheemden. Middels haar essay geeft Halsema namelijk invulling aan haar 'plicht tot optimisme', zoekt ze naar een oplossing in een realiteit die niet de hare is.
Halsema betoogt overtuigend dat, hoe onbevredigend ook, de absorptiecapaciteit voor vluchtelingen in Europa beperkt is. Een al te principiële opstelling past de migratiediscussie daarom niet. Halsema: “De discussie over grensbewaking en toelating leent zich niet voor prinzipienreiterei of populistische flinkheid maar is er vooral één van proportionaliteit.”
Ja, GroenLinks moet blijven benadrukken dat meer opvang in Europa mogelijk en nodig is. De vluchtelingen zijn een welkome aanvulling voor ons vergrijzende continent. Laat, om de bereidheid van de Europeanen om vluchtelingen op te nemen te maximaliseren, de economische bijdrage van de vluchteling meespelen in het toelatingsbeleid. Pas ook de huidige EU-verdeelsleutel voor vluchtelingen aan. Nu krijgen dichtbevolkte en rijkere landen meer vluchtelingen toegewezen. Het is logischer om juist de dunst bevolkte gebieden relatief meer vluchtelingen op te laten nemen. Al dan niet met financiële steun van de rijkere landen. In het zuiden van Italië zijn hele dorpen opgeleefd door de komst van jonge vluchtelingen.
En dan zijn daar de GroenLinkse kroonjuwelen: de wereldwijde strijd tegen klimaatverandering, investeringen in ontwikkelingssamenwerking en eerlijke handel. Deze zullen uiteindelijk de oorzaak van migratie verminderen, dat snappen zelfs VVD en CDA.
Maar de echte winst valt te boeken door bij te dragen aan een betere opvang in de regio. Dat is Halsema’s hoofdboodschap. Dat daarbij vluchtelingen in minder veilige landen dan die van de Europese Unie terecht komen is onontkoombaar.
De eis die GroenLinks in juni bij de mislukte formatie stelde voor “waterdichte garanties dat de landen waarmee we de akkoorden sluiten het recht op bescherming en opvang daadwerkelijk zullen geven” is voorlopig helaas een utopie. Een zinnebeeld dat we moeten vasthouden, maar niet iets om een formatie op te laten stuklopen.
Halsema laat met haar utopie zien wat realistisch is. Een verdedigbaar compromis voor een Nederlandse inzet in de EU-discussie zou zijn een (iets) hogere instroom in de EU zelf, aanpak van de grondoorzaken van migratie en, vooral, verbetering van de opvang in de regio. Om Popper het laatste woord te geven: Instead of posing as prophets we must become the makers of our fate. We must learn to do things as well as we can.