Recensie: Ton Lemaire, Rebecca Solnit

Je kunt inmiddels een boekenplank vullen met boeken die de toch altijd wat verheven wereld van de filosofie verbinden met het aardse wandelen. Titels als ‘Wandelen, een filosofische gids’, ‘Filosofische wandelingen’ en ‘Wandelen naar wijsheid’ laten er geen twijfel over bestaan: het lopen is hier méér dan  voortbewegen van A naar B.

Lopen wordt wandelen en wandelen is een manier tot zelfverheffing. De wereld van mindfulness en spiritualiteit ligt hier op de loer, en getuige de zich vullende boekenplank spreekt dit een groot publiek aan.

Ik moet bekennen dat ook ik tot de doelgroep hoor. Ook ik zoek rust in lange wandelingen, herken de hang naar de ‘helende werking’ van de natuur, en als de druk van de dagelijkse werkelijkheid me benauwt, trek ik graag robuuste schoenen aan om een dag de bossen in te trekken.

    Boek Wanderlust van Rebecca Solnit

    Twee boeken die recent verschenen trokken dan ook mijn aandacht. Ton Lemaire, de Nederlandse filosoof die in dit tijdschrift eens liefdevol omschreven werd als ‘een mooie nar van de groene filosofie’, schreef Met lichte tred. De wereld van de wandelaar. Van Rebecca Solnit, Amerikaans schrijver en politiek activist, verscheen de vertaling Wanderlust. Een filosofische geschiedenis van wandelen.

    Beide boeken komen de mindfulness-zoeker tegemoet. Zowel Solnit als Lemaire hebben aandacht voor de effecten van een actieve wandeling op het geestelijk welbevinden. Maar, dat moet er meteen op volgen: wie een spirituele wandelgids zoekt, komt bij beide auteurs bedrogen uit. Zowel Lemaire als Solnit schreven een rijker boek, veelvormiger, meanderend langs paden van de geest die ver voorbij al te oppervlakkige psychologisering gaan.

    Kaleidoscopische tocht

    Solnit zegt het in de inleiding zo: ‘Deze geschiedenis (…) doorkruist zonder toestemming het terrein van alle andere disciplines – van de anatomie, antropologie, architectuur, van tuinieren, geografie, politieke en culturele geschiedenis, literatuur, seksualiteit, godsdienstwetenschap – en blijft op zijn lange weg bij geen ervan hangen.’ Vervolgens neemt Solnit de lezer mee op een aangenaam kaleidoscopische tocht langs tal van onverwachte paden.

    De filosofie komt aan bod, natuurlijk met Rousseau als ijkpunt. Deze Franse Verlichtingsfilosoof schreef uitvoerig over de rijkdom en wijsheid die in de natuurlijke toestand van de mens zou schuilen. Rousseau was een wandelaar, die in beweging moest zijn om zijn ‘brein aan de gang te krijgen.’

    Verrassender is dat Solnit de Deense filosoof Søren Kierkegaard ten tonele voert. Ik had beide denkers niet eerder met elkaar in verband gebracht. De romantische Rousseau en de strenge rechtlijnigheid van Kierkegaard botsen. Maar Solnit slaagt er wonderwel in de beide filosofen als iconische wandelaar-denkers te portretteren. In dit soort verrassende verbanden blinkt Wanderlust uit.

      “ De wereld van mindfulness en spiritualiteit ligt op de loer.
      En dat spreekt een groot publiek aan ”

      De activiste Solnit doet van zich spreken in het hoofdstuk over de wandelende vrouw. ‘De meeste openbare ruimten zijn niet erg vriendelijk en veilig voor vrouwen geweest,’ schrijft Solnit, om vervolgens aan te tonen hoe de vrouw in de openbare ruimte op allerlei manieren geseksualiseerd is. De vrijheidsdrang die de wandelaar tot een nieuwsgierige verkenner van het onbekende maakt, is hiermee voor vrouwen onaanvaardbaar ingeperkt, toont Solnit ermee aan.

      Zo leidt ze de lezer langs uiteenlopende onderwerpen, in fijne hoofdstukken over de dichter Wordsworth en schrijfster Jane Austen. Maar net zo vlot beschrijft ze de opmars van de arbeidersbeweging die al wandelend het recht opeiste om het land van de aristocratische landeigenaren te mogen betreden.

      Hypermobiliteit

      Minstens even rijk geschakeerd is het wandelboek van Ton Lemaire. Met de zorgvuldige en vaardige pen die we van Lemaire kennen uit zijn eerdere boeken, is Met lichte tred zo mogelijk nog fragmentarischer dan Wanderlust. Het knappe van dit boek is dat het desondanks toch niet onnavolgbaar of chaotisch wordt.

      Ook bij Lemaire is er aandacht voor filosofen. Rousseau, Goethe en Nietzsche komen voorbij, en ook hier krijgen Wordsworth en Thoreau (Walden) hun eigen hoofdstukjes.

      Maar Lemaire rijkt evenals Solnit verder en schetst historische beschouwingen over de plek van wandelen in de samenleving. De hypermobiliteit van vandaag, waarin we ons met auto’s, treinen en vliegtuigen kunnen verplaatsen, is grofweg van de laatste honderd jaar. Lemaire ziet er als groene filosoof niet alleen de voordelen van.

      Boek Ton Lemaire - Met lichte tred
      “ De auteurs schetsen historische
      beschouwingen over de plek
      van wandelen in de samenleving ”

      In de veertien hoofdstukken van het boek wisselt hij cultuurhistorie af met meer filosofische bespiegelingen over het wandelen in de natuur. We slenteren met Lemaire door steden, parken, tuinen en bossen, en iedere keer weet hij ons te verrassen met zijn betrokkenheid en zoekende observaties.

      Uiteindelijk is het Lemaire’s doel om aan de hand van de wandelende mens de moderne tijd te ontleden. En hier komen Solnit en Lemaire elkaar tegen en vinden ze elkaar in hun cultuurkritiek. Beide zien het wandelen in letterlijke zin en het onderzoekend slenteren in figuurlijke zin als manieren om de tijd en de moderne wereld te begrijpen.

      In de hedendaagse samenleving, die gedomineerd wordt door hectiek, snelheid en een overvloed aan prikkels, is dringend behoefte aan ruimte om zonder vooropgezet doel, zonder begrenzingen, in rust en vrijheid te kunnen rondwandelen.

      Met lichte tred. De wereld van de wandelaar
      Ton Lemaire, Ambo Anthos 2019

      Wanderlust. Een filosofische geschiedenis van wandelen
      Rebecca Solnit, Nijgh & Van Ditmar 2019