– Op je stoel, dan kunnen we voor je zingen!
– Ik ga wel gewoon staan, ik ben toch veel te zwaar voor die stoel.
– Kom op, wij helpen je. Hier, ik geef je een hand.

Na wat angstig gesputter krijgt Fokje Wierdsma de 51-jarige vrouw zo ver dat ze op haar stoel klimt. Het hele gezelschap van zo’n vijfentwintig vrouwen van verschillende leeftijden en culturele achtergronden zingt ‘Lang zal ze leven’. Glimlachend gaat de jarige daarna weer zitten.

In dit moment schuilt misschien wel de kern van het werk van het oude wijkenpastoraat: heel dicht bij de alledaagse werkelijkheid van de mensen in de buurt blijven, hen op vriendelijke wijze overtuigen dat ze hun eigen grens ietsjes kunnen verleggen, of dit laten gebeuren door het organiseren van ontmoeting tussen mensen, en daarmee hun menselijke waardigheid bevestigen en versterken. In theologische termen zou je kunnen zeggen: hen doen opstaan.

Moed

Fokje Wierdsma werkt zo’n twintig jaar als buurtpastor namens de protestantse kerk in de buurt Bloemhof op Rotterdam Zuid, waar ze met haar rooms-katholieke collega Hein Steneker en in nauwe samenwerking met islamitische en hindoestaanse buurtbewoners allerlei activiteiten opzet. Daarnaast is ze supervisor en coach bij het Trainingscentrum Kor Schippers. “Het gaat mij erom mensen die uitgesloten en onzichtbaar in onze samenleving leven nieuwe moed te geven”, vertelt ze, terwijl we na de bijeenkomst met de vrouwen door de buurt lopen.

“Als je deze buurt met de ogen van beleidsmakers bekijkt, zou je het een achterstandswijk noemen. Het is het gebied in Rotterdam waar het grootste aantal mensen van een uitkering leeft. In sommige families is al de derde generatie op rij werkloos. Deze mensen staan erg ver af van de arbeidsmarkt. Ze kampen met typische armoedeziektes, zoals overgewicht en psychische klachten, vertelden een huisarts en verpleegkundige uit de buurt onlangs in dagblad Trouw (13.4.2016). Ze voelen zich nauwelijks deel van de rest van de samenleving.

Kijk, dit gebouw hier links staat leeg. Er zat een buurthuis in dat is wegbezuinigd. Verderop is er nog zo’n gesloten buurthuis. Dat zorgt ervoor dat mensen zich door de overheid in de steek gelaten voelen. In Wijkpastoraat Bloemhof benaderen we de mensen niet vanuit dat beeld van achterstand, want dat benadrukt opnieuw dat ze er niet bij horen, niet mee kunnen komen. Wij proberen hen te ondersteunen in hun menswaardigheid, in wat ze kunnen bijdragen om hier een beter leven voor henzelf en met elkaar op te bouwen.”

Talenten

In de kring van vrouwen waarbij ik ben aangeschoven worden elke week ervaringen uitgewisseld over het leven in de buurt. Ze treffen elkaar onder de noemer ‘Gezonde vrouwen 010’. Alles wat te maken heeft met hun lichamelijke of geestelijke gezondheid kan ter sprake komen. Deze keer worden er plannen gemaakt om samen te gaan picknicken in de volkstuin van de familie van één van de vrouwen.

Het is de bedoeling om de vier kilometer er naar toe te lopen en later weer terug. Bewegen en afvallen is een van de thema´s van de groep. De vrouwen willen graag werken aan hun gezondheid en aan die van hun kinderen. Omdat niet alle vrouwen even goed Nederlands praten, vraagt Fokje Wierdsma of het misschien een goed idee is de nieuwe schijf van vijf, die op de agenda staat, in groepjes te bespreken, zodat er bijvoorbeeld ook een Turkse groep kan zijn. De vrouwen wijzen het af: nee hoor, het is beter als we door elkaar gaan zitten en elkaar helpen met de taal, vinden ze. Dan leer je elkaar kennen en leer je ook weer beter Nederlands.

Deze vrouwenkring is een van de vele activiteiten die het buurtpastoraat organiseert. In de vele jaren dat de pastores in de buurt zijn, is veel vertrouwen opgebouwd. Hun werk is ontstaan in de slipstream van de naoorlogse secularisatie, toen de kerken allereerst uit de arme stadswijken verdwenen. Het was en is een vorm van zending in eigen land, maar dan wel met een specifieke invulling van het begrip zending.

Hier gaat het niet om het winnen van zieltjes of het werven van nieuwe kerkleden, maar om “het ondersteunen van mensen die in de maatschappij buitengesloten zijn geraakt”, aldus de doelstelling van het wijkpastoraat Bloemhof. Die steun wordt geboden in het leven van alledag, zodat zij zich “erkend voelen als waardevolle mensen, die gaandeweg hun talenten kunnen ontplooien en uitgroeien tot inspirerende mensen die anderen tot heil zijn”. Het geven van tijd, aandacht en betrouwbaarheid is hierbij de sleutel.

Betere buurt

Het wijkpastoraat krijgt vorm in individuele gesprekken, door samen te eten, speelplekken te maken voor de kinderen, hulp te bieden bij het invullen van formulieren, enzovoort. Wie langskomt, wordt erbij betrokken. Na afloop van de bijeenkomst met de vrouwen wordt ook ik ingeschakeld om te helpen met het invullen van formulieren waarin de gezondheid van vrouwen in de buurt in kaart wordt gebracht.

Fokje Wierdsma doet wat haar handen vinden om te doen in de wijk. Omdat ze contacten heeft met mensen die moeilijk bereikbaar zijn voor de overheidsinstanties en omdat ze op plekken komt waartoe de overheid geen toegang heeft, wordt ze regelmatig door organisaties benaderd met verzoeken. Daar gaat ze alleen op in als de mensen in de buurt er baat bij hebben.

Betrouwbare informatie over gezond eten en bewegen vindt ze zinvol, omdat blijkt dat juist mensen in deze buurten in hun verlangen om gezond te leven, gemakkelijk gepaaid kunnen worden door misleidende reclames. Ook ik wordt gevraagd als ik binnenkom: wat hebben de mensen hier aan jouw bezoek? In alles wat Wierdsma doet, staat die vraag steeds centraal: wordt de buurt, worden de mensen in de buurt er beter van?

Af en toe betekent dit dat ze in de buurt een publieke rol op zich neemt, zoals in november na de aanslagen in Parijs. Op het Vredesplein voor de Essalam-moskee sprak Wierdsma tijdens de manifestatie Rotterdam 'Coexist in Peace – Eenheid overwint terrorisme'.

Zo’n zeshonderd mensen herdachten samen de slachtoffers van de aanslagen in Parijs. Ze werden toegesproken door onder andere de Rotterdamse burgemeester Aboutaleb, minister Van der Steur van Justitie en een imam, een humanist, een rabbijn en een dominee – Fokje Wierdsma.

Ze sprak van “schoonheid in de chaos, omdat we elkaar steunen en bedenken hoe het anders kan. Schoonheid is wanneer de ene mens op de andere toegaat en het beste in zichzelf naar boven haalt. Schoonheid is wanneer je echt naar elkaar luistert, een ander troost, of een bos bloemen geeft als het tegenzit. Er is hier spanning in de buurt, net zoals in de banlieues in Frankrijk en de oude stadsdelen in België. Daarom moeten we iedere dag, iedere minuut schoonheid creëren.”

Sterke vrouw

We lopen naar de ‘tweede kans’-winkel Brillante aan de Sint Andriesstraat, die – op initiatief van het wijkpastoraat – sinds vier maanden open is. Aamina heeft hier de leiding in handen en laat ons de fris gewitte winkel zien, waar in kledingrekken zowel tweedehandskleding als partijen nieuwe kleding hangen. Op de toonbank rekjes sieraden en in de vensterbank speelgoed.

De meeste vrouwen die in de winkel staan en helpen bij het sorteren en opknappen van de kleding doen dat in het kader van de verordening van de Rotterdamse gemeente om een tegenprestatie te leveren voor hun uitkering, die sinds januari 2015 in werking is. In principe gaat het om twintig uur per week in de vorm van vrijwilligerswerk, mantelzorg of een training om de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten.

Aamina heeft voor zij naar Nederland kwam ervaring opgedaan in een winkel van haar familie. Ook deed ze een opleiding administratie, maar toen het bedrijf waar ze werkte failliet ging, kwam ze niet meer aan de slag. Hier krijgt ze de kans werkervaring op te doen. Het is een flinke klus om leiding te geven aan de groep van twintig vrouwen. De meesten hebben geen of nauwelijks opleiding en werkervaring. Sommigen kampen met taalproblemen.

Iedereen is vanuit haar eigen cultuur aan verschillende omgangsvormen gewend, sommige vrouwen zijn ziek en vaak kampen ze met een moeilijke situatie thuis, zoals schulden, een zieke man voor wie ze moeten zorgen, een onverwachte zwangerschap en kinderen die veel aandacht vragen omdat ze opgroeien in een buurt waar ze weinig toekomst zien.

“ De vrouwen hebben een zwaar bestaan: de moeilijkheden maken je ook moreel kapot. Hier krijgen ze weer zelfvertrouwen ”

“Af en toe was ik wel de wanhoop nabij”, vertelt Aamina, “maar ik ben een sterke vrouw, dus ik geef niet zo snel op. Het is moeilijk voor de vrouwen om te wennen aan het werk in de winkel. Ze hebben een zwaar bestaan: de moeilijkheden maken je ook moreel kapot. Maar ik zie echt vooruitgang. De vrouwen ontdekken waar ze goed in zijn, sommigen krijgen nu een training in hoe ze met de kassa om kunnen gaan. Ze leren elkaar beter kennen en daardoor gaat ook de samenwerking langzaam beter. Je ziet dat ze meer zelfvertrouwen krijgen.”

Fokje Wierdsma vertelt dat het nieuws over de verplichte tegenprestatie behoorlijk hard aankwam in de wijk: “In het begin waren veel mensen in paniek en verzetten zich. Ik had zelf ook grote bedenkingen, maar toen duidelijk werd dat het niet tegen te houden was, hebben we besloten zelf een aantal trainingstrajecten op te zetten. Er lopen er nu drie, waaraan veertig mensen meedoen. Deze winkel is er één van. De ervaring is dat het veel mensen toch goed doet om in beweging te komen, mits er rekening wordt gehouden met hun specifieke omstandigheden. Ze worden opgewekter, verliezen gewicht en voor sommigen opent zich ook werkelijk de mogelijkheid van een baan.”

In de ruimte achter de winkel is Seray bezig met het uitzoeken van kleding. Ze bekijkt me en trekt dan een stijlvolle witte blouse uit het rek. “Is dit iets voor jou?” Ze heeft er zichtbaar plezier iets uit te zoeken dat bij me past. “Ik ben altijd bezig dingen te bedenken om de winkel mooier te maken. Een nieuw rek, of een mooie versiering. En ik probeer mensen te helpen bij het uitzoeken van spullen. Dit is echt helemaal mijn werk.”

Seray is opgeknapt nu ze regelmatig de deur uit komt. Ze heeft de nodige gezondheidsproblemen, maar het werk in de winkel doet haar goed: ze heeft ontdekt dat ze er goed in is. Er is nu zelfs een kans dat ze betaald werk krijgt bij een bakkerij. “Maar dan kom ik op zaterdag nog hier helpen hoor!”

De namen van de buurtbewoners zijn gefingeerd om hun privacy te respecteren. Alle deelnemers zijn bekend bij het wijkpastoraat. Voor meer info zie: www.pastoraatoudewijkenrotterdamzuid.nl