Takeaways

  • Neo-idealisme is een waardengedreven benadering van geopolitiek, met Volodymyr Zelensky en Kaja Kallas als boegbeelden.
  • Neo-idealisme staat in contrast met realisme, dat de expansiedrift van Poetin en Trump goedpraat.
  • We moeten Oekraïne niet alleen helpen om te overleven, maar ook om te winnen, stellen neo-idealisten.
  • Neo-idealisme is kwetsbaar voor het verwijt van dubbele standaarden: wegen de levens van Oekraïners zwaarder dan die van Gazanen?
  • Neo-idealisme kan bijdragen aan een mobiliserend narratief voor Europa.

Vandaag is het drie jaar geleden dat grootschalige oorlogsvoering terugkeerde in Europa. Op 24 februari 2022 viel Rusland Oekraïne binnen om het land van de kaart te vegen. Velen in West-Europa, waaronder ikzelf, hadden die invasie niet zien aankomen. Maar we waren wel gewaarschuwd. Politici en analisten in Midden-en Oost-Europa luidden al jaren de noodklok over de heropleving van het Russische imperialisme, over Poetins droom om het Russische Rijk te herstellen, over zijn vastbeslotenheid om het hele bouwwerk van regels en instituties dat de vrede in Europa moest verzekeren te slopen ten gunste van een door Rusland gedomineerd ‘Eurazië’. We hadden beter moeten luisteren naar de waarschuwingen van onze bondgenoten in het oosten.

Midden-en Oost-Europese regeringen waren ook de eerste die wapens leverden aan de Oekraïense strijdkrachten – terwijl de rest van Europa en de Verenigde Staten dachten dat het snel afgelopen zou zijn met Oekraïne. Nog altijd behoren de Baltische landen en Polen, afgemeten aan hun welvaart, tot de grootste donoren van de Oekraïners in hun strijd om te overleven als onafhankelijk en democratisch land.

trolleybus Vilnius loves Ukraine
Trolleybus in Vilnius, Litouwen. Foto: Ivan Koutzaroff, 2024.

Al 35 jaar lang, sinds de val van de Berlijnse Muur, lezen wij West-Europeanen Midden-en Oost-Europa de les. We vertellen wat ze moeten doen om volwaardige leden van de NAVO en de Europese Unie te worden en te blijven. Het is hoog tijd om het perspectief eens om te draaien: wat kunnen wij leren van hen? 

Daarbij gaat het natuurlijk niet over types als Viktor Orbán, een hielenlikker van Poetin. Maar wel bijvoorbeeld over Kaja Kallas, de oud-premier van Estland die sinds kort buitenlandchef van de EU is. Zij en andere politici uit Midden-en Oost-Europa weten de steun aan Oekraïne in te vlechten in een breder verhaal. Een narratief over het verdedigen van democratie, mensenrechten en de internationale rechtsorde, en over de offers die we daarvoor moeten brengen. Ze wijzen erop dat als we Poetin zijn zin geven in Oekraïne, de vrede niet zal uitbreken. We moeten ons dan schrap zetten voor nieuwe veroveringsoorlogen, zowel door het Poetin-regime als door autocraten elders die zich aangemoedigd voelen door de onwil van democratische staten om elkaar te verdedigen.

Politici als Kallas worden wel aangeduid als voorvechters van een nieuw idealisme in de geopolitiek: neo-idealisme. Deze term werd in 2022 gemunt door veiligheidsexpert Benjamin Tallis. Neo-idealisme, in zijn definitie, “is een moreel gefundeerde benadering van geopolitiek, gebaseerd op de kracht van waarden: mensenrechten en fundamentele vrijheden, sociaal en cultureel liberalisme, democratisch bestuur; zelfbeschikking voor democratische samenlevingen; en misschien wel het belangrijkste, het recht van burgers in deze samenlevingen op een hoopvolle toekomst”.

Moreel failliet

Neo-idealisme staat in scherp contrast met realisme, een wijdvertakte stroming in de studie van internationale betrekkingen die focust op de wedijver tussen grootmachten. Om hun macht te vergroten of te behouden, streven grootmachten naar invloedssferen. Als een kleiner land toevallig in zo’n invloedssfeer ligt, dan heeft het pech. Dan is het niet meer dan een pion in het schaakspel tussen grootmachten. Een satellietstaat van één grootmacht, of een bufferstaat tussen twee. Wat de burgers van zo’n land zelf willen, doet er niet toe. Realisten halen graag de Atheense geschiedschrijver Thucydides aan: “De sterken doen wat ze kunnen en de zwakken lijden wat ze moeten.” 

Als deze analyse wordt omgezet in beleid, leidt dat ertoe dat hele naties – zoals Oekraïne – het recht wordt ontzegd om democratisch hun toekomst te kiezen, of hun bondgenoten. Kort na de Russische invasie gaf de vooraanstaande realist John Mearsheimer de VS en de NAVO de schuld van de oorlog: die hadden geen toenadering tot Oekraïne mogen zoeken. Hij pleitte ervoor om van Oekraïne een ‘neutrale staat’ te maken.

In werkelijkheid was het Oekraïne zelf dat, zeker na de eerste Russische invasie in 2014, ijverde voor lidmaatschap van de NAVO. De NAVO, onderling verdeeld, schoof toetreding juist op de lange baan. Het laat zien hoezeer Oekraïne het realistische denkraam op de proef stelt. Dat constateert ook hoogleraar internationale betrekkingen Maria Mälksoo, afkomstig uit Estland. De zwakkere partij ondergaat haar lot niet lijdzaam in deze oorlog; de Oekraïners verbazen de wereld met hun taaie verzet tegen de agressor. Ook Midden- en Oost-Europese landen binnen de NAVO en de EU hebben bewezen dat zij geen willoze pionnen zijn. Door het voortouw te nemen bij de steun aan Oekraïne hebben zij moreel gezag opgebouwd. Kallas heeft er haar benoeming tot EU-buitenlandchef aan te danken.

De wijze waarop Rusland de oorlog voert is vanuit realistisch perspectief moeilijk te verklaren. Als het Poetin er louter om gaat Oekraïne tot een bufferstaat te maken, waarom is zijn oorlog dan zo genocidaal? De Oekraïense regering besefte al snel na de invasie dat deze niet draaide om neutraliteit, schrijft de Oekraïense onderzoeker Kseniya Oksamytna. Ze wijst op de stad Boetsja. Het bloedbad dat het Russische leger daar in maart 2022 aanrichtte, ging gepaard met systematische verkrachtingen van meisjes en vrouwen. “Russische soldaten vertelden hun dat ze hen zodanig zouden verkrachten dat ze geen seksueel contact meer zouden willen met welke man dan ook, om te voorkomen dat ze Oekraïense kinderen zouden krijgen”, zo tekende de BBC op. Het is begrijpelijk dat Oekraïne, geconfronteerd met een moordzuchtige grootmacht die de Oekraïense identiteit wil uitwissen uit naam van een superieur geachte Russische cultuur, geen eenzame bufferstaat wil zijn, maar de bescherming van bondgenoten zoekt.

“ Hoe ethisch is het om een land te vragen als bufferzone te dienen? ”

Macht boven recht, daar komt het realisme op neer. Voor de vakgenoten in internationale betrekkingen die hier politieke aanbevelingen op baseren heeft Mälksoo een indringende vraag: hoe ethisch is het om een land te vragen om als bufferzone te dienen? Voor Tallis is deze vorm van realisme ‘moreel failliet’.

Trumps imperialisme

Het realisme is invloedrijk in westerse hoofdsteden. Het ontzag voor grootmachten verklaart ten dele waarom West-Europese regeringen en de regering-Biden doof zijn gebleven voor de oproep van Kallas en andere neo-idealisten om Oekraïne niet slechts te helpen overleven, maar ook te laten winnen. Het land kreeg en krijgt te weinig militaire steun. 

Met Trump in het Witte Huis zijn we getuige van realisme on steroids. Trump kiest de zijde van de agressor: hij geeft niet Rusland, maar Oekraïne de schuld van de oorlog. De zwakken moeten immers hun lijden ondergaan, in plaats van verzet te bieden. Trump koerst af op een deal met Poetin waarbij Oekraïne voor de bus wordt gegooid: geen teruggave van bezet gebied, geen stevige veiligheidsgaranties. Zo’n deal is een aanloop naar nieuwe Russische agressie in de toekomst.

Trump heeft de internationale rechtsorde al zware klappen bezorgd door territoriale claims te leggen op Groenland, het Panamakanaal en Canada, en door te pleiten voor de etnische zuivering en Amerikaanse overname van Gaza. Voor Poetin vormt Trumps imperialisme een aanmoediging om verder te graaien dan Oekraïne. Als het grootmachten vrijstaat hun territorium of invloedssfeer te vergroten, waarom zou hij dan niet de Baltische staten terugpakken als zijn krijgsmacht is aangesterkt? Ruslands sabotageacties in de Oostzee hebben de regio al een in schemerzone tussen oorlog en vrede gebracht.

“ Team-Trump/Musk doet het werk voor Poetin ”

Tot overmaat van ramp zaaien Trump en zijn bewindslieden twijfel over de kernbelofte van de NAVO (‘een aanval op één is een aanval op allen’) en betuigen zij steun aan uiterst-rechtse partijen die de EU vleugellam willen maken. Team-Trump/Musk doet het werk voor Poetin.

Trumps minachting voor internationaal recht, zijn bromance met de oorlogsmisdadiger Poetin, de snelle afbraak van de Amerikaanse constitutionele democratie – er blijft weinig tot niets meer over van de transatlantische band. Europa staat er nu alleen voor. Dat zou geen verrassing mogen zijn, maar het blijft een hard gelag. Zeker voor Midden- en Oost-Europa. Óók voor neo-idealisten. De NAVO onder Amerikaans leiderschap was decennialang de verzekeringspolis tegen Rusland. Trump is nu een testcase voor neo-idealisten: als ze gaan slijmen om bij hem in de gunst te blijven, als ze zijn imperialisme en autoritarisme bagatelliseren, wat blijft er dan over van waardengedreven politiek?

poster Vilnius - "Send money to fight" - oproep donaties voor Oekraïne
Poster in Vilnius: 'Stuur geld om te vechten'. Foto: Richard Wouters, 2024.

Sommige neo-idealisten zien de transatlantische breuk onder ogen. Als Oekraïne zich verzet tegen een deal tussen Trump en Poetin, zal de EU het land daarbij steunen, belooft Kallas. Ze werkt aan een nieuw Europees wapenhulppakket voor Oekraïne.

Op zijn beurt stelt de Oekraïense president Zelensky – boegbeeld van het neo-idealisme, volgens Tallis – dat het tijd is voor een verenigde Europese krijgsmacht. “Europa heeft alles wat nodig is. Europa moet zich enkel aaneensluiten en beginnen te handelen op een manier dat niemand 'nee' kan zeggen tegen Europa, het kan rondcommanderen of als een watje kan behandelen.” Daarmee spreekt hij de taal die zijn Europese bondgenoten binnen de EU en de NAVO zouden moeten bezigen.

Europa dient veel meer haast te maken met het versterken van zijn defensie. Dat vraagt om hogere defensiebudgetten, gezamenlijke leningen en investeringen plus de integratie van nationale krijgsmachten. Europa moet ook aan zelfstandige nucleaire afschrikking gaan werken, bijvoorbeeld door van de Franse force de frappe een Europese atoomparaplu te maken. Anders blijven we kwetsbaar voor Poetins nucleaire chantage.

Nu we niet langer kunnen vertrouwen op Amerikaanse bescherming, geldt meer dan ooit dat Oekraïne de eerste verdedigingslinie is tegen Poetins imperialisme. Als wij Europeanen de Oekraïners sowieso blijven steunen, laten we ze dan ook de steun geven die ze nodig hebben om de agressor te verdrijven.

Poetins oorlogsmachinerie piept en kraakt. Aan het Oekraïense front moet de Russische krijgsmacht terugvallen op ezels en paarden om zich te bevoorraden. “De route naar de Oekraïense overwinning bestaat nog steeds”, zo schreef een bont gezelschap van (neo-idealistische) denkers, (groene) politici en oud-militairen eind vorig jaar, vlak voor de herverkiezing van Trump. “Met behulp van nieuwe militaire technologie kunnen we snel gebruikmaken van Europa’s industriële vermogen om de capaciteiten op te bouwen die Oekraïne nodig heeft voor het uitschakelen van Ruslands oorlogsmachine.”

Democratie versus autocratie

Nu de VS onder Trump oversteken van het democratische naar het autocratische kamp, is het goed denkbaar dat de oude bondgenoten, zoals de EU, Canada, het Verenigd Koninkrijk, Japan, Zuid-Korea en Australië, naar elkaar toetrekken. “Daarbij zouden ze hun zelfbeeld en missie moeten herdefiniëren, gemeenschappelijke principes moeten vinden voor nauwere samenwerking”, stelt Teun Janssen, buitenlandadviseur van Volt in het Europees Parlement: “Misschien komen ze dan uit bij zoiets als neo-idealisme, met zijn nadruk op democratie en recht.”

Zo’n club van ‘westerse’ democratieën zou sterker staan tegenover Trump, Poetin en Xi als zij partners vond in het mondiale en plurale Zuiden. Daar bevinden zich ’s werelds grootste democratieën, waaronder India en Brazilië. Maar hun regeringen laten zich niet meetrekken in de antithese tussen autocratie en democratie. Ze doen even makkelijk zaken met Rusland of China als met de EU. Toenadering is vermoedelijk kansrijker als niet democratie, maar de internationale rechtsorde centraal wordt gezet. De Oekraïense diplomatie heeft die les al getrokken. “De boodschap van Kyiv is dat steun aan Oekraïne geen steun aan een 'westers' kamp inhoudt, maar aan het VN-Handvest”, constateert de Pools-Mexicaanse onderzoeker Ivan Kłyszcz. In een toespraak tot de VN hamerde Zelensky op de Russische schending van het zelfbeschikkingsrecht van volken en het geweldsverbod tussen staten. “Koloniale oorlogen en samenzweringen tussen grootmachten ten koste van kleinere landen, die heeft de wereld al doorgemaakt. Iedereen begrijpt waarom die verleden tijd moeten blijven.”

“ Wegen de levens van Oekraïners zwaarder dan die van Gazanen? ”

Om partnerschappen met democratische landen in het Zuiden te verdiepen, zullen westerse democratieën gehoor moeten geven aan hun verlangen naar een grotere stem in de VN-Veiligheidsraad, het IMF en de Wereldbank. Alleen al om deze instellingen te redden van de sloopkogel van Trump zijn brede coalities nodig. Ook is het zaak om ‘dubbele standaarden’ te vermijden. De slappe reactie van veel Europese regeringen – inclusief neo-idealisten – op het genocidale optreden van Israël in Gaza heeft hun geloofwaardigheid in het Zuiden ondermijnd. Wegen de levens van Oekraïners zwaarder dan die van Arabieren? Deze selectieve omgang met internationaal en humanitair recht maakt het voor zuidelijke regeringen makkelijker om weg te kijken van het Russische imperialisme en vrienden te blijven met Poetin. Het meten met twee maten schaadt dus óók de zaak van Oekraïne – het land dat neo-idealisten het meest aan het hart gaat. 

In een wereld die niet alleen door geopolitieke maar ook door ecologische crises wordt geteisterd, ontkomen we niet altijd aan samenwerking met autocratieën. China, bijvoorbeeld, is een onmisbare partner in de strijd tegen klimaatverandering – zeker nu Trump opnieuw uit het Parijsakkoord stapt. Realpolitik dringt zich soms op, maar toch kan neo-idealisme richting geven aan onze omgang met autocratieën in het mondiale Zuiden. Het daagt ons uit om voorbij regeringen te kijken. Ook in dictatoriaal geregeerde landen zijn er veel mensen die naar democratie verlangen. Hoe kunnen we hun stem versterken? En als het tot een democratische doorbraak komt, hoe helpen we de democratische instituties dan om wortel te schieten?

We moeten democratiebevordering gaan zien als onderdeel van veiligheidspolitiek, te meer omdat democratie de beste kans biedt op vrede en een duurzame toekomst. Dit besef zou moeten doorwerken in het handels- en ontwikkelingsbeleid van de EU en haar lidstaten. Als we groene waterstof moeten importeren uit zon- of windrijke landen voor de verduurzaming van onze zware industrie, gaan we dan in zee met het autocratische Saoedi-Arabië of het democratische Namibië? Betalen we miljarden euro’s aan autocratische regimes voor het tegenhouden van migranten, inclusief asielzoekers – terwijl autoritaire onderdrukking juist een van de redenen is waarom mensen op de vlucht slaan? Of gebruiken we dat geld liever om kwetsbare democratieën, mensenrechtenactivisten en onafhankelijke media te ondersteunen?

Hoopvolle toekomst

Een cruciaal element van neo-idealisme, volgens Tallis, is het ‘recht op een hoopvolle toekomst’. Democratieën moeten zowel hun materiële als hun morele superioriteit bewijzen om de systemische concurrentie met autocratieën te winnen. Maar is de belofte van materiële vooruitgang nog houdbaar in een tijdperk van ecologische ontwrichting? Steeds meer klimaat- en milieuwetenschappers waarschuwen dat voortgaande economische groei in rijke landen niet te verzoenen valt met een leefbare aarde. Als de ecologie zo fors wraak neemt op de economie dat de bbp-groei stilvalt, wordt de veerkracht van democratieën nog zwaarder beproefd dan nu. Kan een ‘hoopvolle toekomst’ ook inhouden dat we niet onze welvaart, maar ons welzijn laten groeien?

Die gedachte vindt steun bij Tomas Tomilinas, medeoprichter van de Democraten voor Litouwen en parlementslid voor deze progressief-groene regeringspartij. “Omdat we ons te veel op materiële zaken hebben gericht, weten we niet meer wie we zijn en wat we verdedigen. Ik zie neo-idealisme als een middel om Europa weer te verbinden op basis van waarden, om opnieuw tot een gedeeld narratief te komen. De oorlog in Europa maakt het noodzakelijk om terug te keren naar een romantisch begrip van onze Europese identiteit.”

Teun Janssen wijst erop dat ook Trump teruggrijpt op een romantische notie uit het verleden. De term manifest destiny in zijn inauguratiespeech refereert aan het 19de-eeuwse idee dat de VS door God zijn voorbestemd om hun grondgebied uit te breiden. Door aan te knopen bij deze expansionistische traditie weet Trump zijn annexatieplannen te verkopen aan zijn isolationistische MAGA-achterban.

“ Neo-idealisme kan ons helpen de idealen achter de totstandkoming van de EU en internationale rechtsorde te herontdekken ”

Poetin droomt van een herboren Russische Rijk, Trump belooft nieuwe veroveringen én de terugkeer van witte suprematie. Vraag je af wie hiervoor de prijs betalen en je vindt elementen voor een Europees (tegen)narratief. Dat verhaal mag het verleden niet romantiseren. De schandvlekken – wereldoorlogen, Holocaust, totalitaire onderdrukking, koloniale uitbuiting – mogen niet worden weggepoetst. We kunnen wel inspiratie ontlenen aan de momenten van verzet, bevrijding of verzoening, en aan de lessen we door schade en schande hebben geleerd: samenwerking tussen democratieën in plaats van autoritaire grootmachtpolitiek; de sterkte van het recht in plaats van het recht van de sterkste; vrijwillige ‘sferen van integratie’ (Tallis) in plaats van invloedssferen; mensenrechten en inclusie in plaats van ontmenselijking en uitsluiting. Neo-idealisme kan ons helpen de idealen achter de totstandkoming van de EU en de internationale rechtsorde te herontdekken. Anno 2025 moet het verhaal niet alleen gaan over soft power, maar ook over hard power. En over een hoopvolle toekomst voor mensen hier en nu die niet ten koste gaat van mensen elders en straks.

Zwaar op de proef gesteld door autocraten en door uiterst rechts, heeft de EU meer dan ooit een waardengedreven mission statement nodig om zo eensgezind mogelijk te opereren, zich niet te verliezen in voor-wat-hoort-wat-politiek à la Trump en bondgenoten te vinden. Zo’n verhaal kan aan kracht winnen naarmate Rusland, China en de VS zich agressiever opstellen tegenover Europa – of juist hun status als grootmachten ondergraven. Rusland is al lang in verval; het is een spoiler state die alleen uitblinkt in dood en verderf. China is niet langer een groeiwonder en vergrijst razendsnel, door de autoritaire eenkindpolitiek uit het verleden en de aanhoudende afkeer van diversiteit die een actief migratiebeleid in de weg staat. 

Ook in de zo machtige VS kan de aftakeling hard gaan. Ondermijning van de rechtsstaat, uitholling van de overheid, maffiose belangenverstrengeling, intimidatie van de pers, wetenschapscensuur, openlijk racisme, demonisering van migranten, aantasting van vrouwenrechten, uitstoting van transgenders, herverdeling van arm naar rijk, wegkijken van de klimaatcrisis, schoffering van bondgenoten, verlies aan internationaal prestige, handelsoorlogen… Trump sloopt niet alleen de wereldorde, maar ook zijn land. 

Democratie versus autocratie, de strijd is nog niet beslist.

Dit essay is een voorpublicatie uit het lentenummer van tijdschrift de Helling, dat eind maart verschijnt. Je kunt commentaar leveren in het reactieveld onderaan deze pagina.

logo Green European Foundation

In het project New Idealism for a Disrupted Europe onderzoeken Wetenschappelijk Bureau GroenLinks en drie Europese partners wat we kunnen leren van Midden- en Oost-Europa als het gaat om de verdediging van Europese waarden. Het project wordt uitgevoerd voor de Green European Foundation (GEF), dankzij de financiële steun van het Europees Parlement aan GEF.

Wil je op de hoogte blijven? Abonneer je dan op de nieuwsbrief van Wetenschappelijk Bureau GroenLinks. 

Reacties

24 februari 25

Jan Goudriaan

Geopolitiek realisme

Ik ben het helemaal eens met het artikel van Richard Wouters. Hij pleit onder andere voor een onafhankelijke nucleaire afschrikking door Europa.

Hoe kan GroenLinks dan nog steeds tegenstander blijven van kernenergie als energiebron? Als je hart hebt voor natuur en milieu moet je juist voorstander zijn van kernenergie. Kerncentrales gebruiken nauwelijks kostbare ruimte, hebben veel minder mineralen en grondstoffen nodig per kWh opgewekt, blijven dag en nacht, zomer en winter doorwerken en produceren heel weinig afval. Ooit gehoord van iemand die aan kernafval is overleden? 

GroenLinks: stel uw achterhaalde standpunt t.a.v. kernenergie toch bij!

24 februari 25

Richard Wouters

kerncentrales

Dank voor de reactie, Jan. Frankrijk heeft, bij mijn weten, nog een ruime voorraad splijtstof voor kernwapens. Bovendien draaien er in de EU circa 100 kerncentrales. Dus nieuwe kerncentrales hebben we niet nodig voor zelfstandige nucleaire afschrikking. 
Het feit dat kerncentrales dag en nacht draaien maakt ze juist lastig in te passen in een elektriciteitssysteem dat gedomineerd wordt door hernieuwbare bronnen.

25 februari 25

Wim de Groot

Kerncentrales

Beste Jan, ik neem aan dat je Chernobyl wel kent. Daar zijn wel degelijk veel slachtoffers gevallen.

Een kerncentrale is ook een mooi doelwit voor terroristen of vijandige staten, ook vanwege de aanwezigheid van plutonium. De enige duurzame oplossing moet komen van hernieuwbare bronnen als water, wind en zon. In combinatie met consuminderen!

 

 

 

 

Reactie toevoegen