Redactioneel

Het was een feit dat we in een paar dagen tijd in een crisis terecht waren gekomen die niemand in Nederland ooit had meegemaakt en waarbij de regering niet kon terugvallen op ervaring en draaiboeken. 

En het was een feit dat bij de gedachte aan dichte scholen en crèches alleen al een lichte paniek zich van mij meester maakte. In de uren voor de scholen-persconferentie negeerde ik daarom hardnekkig de feiten van de maatschappelijke druk en de oproep van de Federatie Medisch Specialisten (die overigens niet op feiten gebaseerd bleek te zijn, zo reconstrueerde de NOS later) en beet ik me vast in die ene uitspraak van Jaap van Dissel, die ik gretig als feit aannam: jonge kinderen lijken geen rol te spelen in de verspreiding van het virus.

    “ Hoe komt het dat we zo selectief shoppen in feiten, zoals ik deed toen ik de scholensluiting dreigend op me af zag komen? ”

    Maar het feit van de maatschappelijke druk won. En net als honderdduizenden andere ouders zaten mijn man en ik op 16 maart ineens thuis met een kleuter, een peuter, twee banen en de handen in het haar. Totale radeloosheid werd bijna een feit.

    De scholensluiting speelde voortdurend door mijn hoofd tijdens het samenstellen van het dossier over (alternatieve) feiten, meningen en desinformatie in deze Helling. Want hoe houden we het hoofd koel wanneer verschillende feiten met elkaar om voorrang strijden? Hoe komt het dat we zo selectief shoppen in feiten, zoals ik deed toen ik de dreiging van de scholensluiting op me af zag komen? En welke gevolgen heeft dat?

    In de vier artikelen in dit dossier proberen de auteurs via onder meer bovenstaande vragen de feiten over de feiten boven tafel te halen, waaronder Dick Pels in een prikkelend essay met als titel ‘Moeten de feiten wel worden gered?’

    Het is een feit dat we met veel plezier aan dit dossier en de rest van dit nummer hebben gewerkt. Uw mening over het resultaat is van harte welkom.

    Suzanne van den Eynden
    Hoofdredacteur