De discussie over de wenselijkheid dan wel schadelijkheid van economische groei laait de laatste jaren weer flink op. Maar nieuw is de discussie allerminst. Bijna vijftig jaar geleden publiceerde de Club van Rome het rapport Limits to Growth, waarin ze waarschuwde voor de schadelijke gevolgen van oneindige groei. De voorspelde grondstoffen- en voedseltekorten vielen echter mee, en dus bleef groei het mantra in de decennia die volgden.
Maar sinds de klimaat- en biodiversiteitscrisis hoger op de politieke en publieke agenda staan, zwelt ook de groeikritiek weer aan. Groeicritici vrezen niet zozeer meer voor een tekort aan grondstoffen, maar wel voor een onleefbare planeet.
Kate Raworths Doughnut Economics was in 2017 een van de eerste populairwetenschappelijke groeisceptische boeken die een groter publiek bereikten. Twee jaar later ondertekenden ruim elfduizend wetenschappers een verklaring die opriep om bbp-groei als economisch doel te verwerpen.
En in hetzelfde jaar sprak Greta Thunberg in haar beroemde speech voor de Verenigde Naties van fairytales of eternal economic growth. Het is duidelijk dat groeikritiek steeds breder omarmd wordt binnen de milieubeweging.