Noortje Thijssen en Klara Boonstra trapten de middag af namens de wetenschappelijke bureaus. Zij lanceerden een manifest dat ondertekend is door Eerste Kamerleden, Tweede Kamerleden en Europarlementariërs van GroenLinks en PvdA. In twee panelgesprekken werd op de voorstellen gereageerd vanuit de vak- en milieubeweging, wetenschap, ministerie en politiek.

Het eerste gesprek draaide om de verduurzaming van de Nederlandse industrie en de gevolgen hiervan voor werknemers. In het panel namen Kirsten Sleven (Milieudefensie), Cihan Lacin (FNV Tata Steel) en Sandor Gaastra (Ministerie van Economische Zaken en Klimaat) plaats. Kirsten Sleven benadrukte de belangrijke rol van ondernemingsraden bij de verduurzaming van de industrie. Volgens haar zijn medewerkers van grote uitstoters juist de bondgenoten van organisaties als Milieudefensie, en is het zaak dat beide groepen elkaar ondersteunen. Verduurzaming moet niet aan CEO’s en duurzaamheidsmanagers worden overgelaten, maar gaat iedere werknemer binnen een bedrijf aan. Iedereen moet dus ook de kans hebben om mee te praten en te beslissen over de toekomst van het bedrijf.

Kirsten en Cihan
Sandra Rottenberg, Kirsten Sleven en Cihan Lacin. Foto: Noes Petiet.

Cihan Lacin, vakbondsbestuurder bij Tata Steel, sprak nadrukkelijk zijn steun uit voor het manifest. Bij Tata heeft de FNV ervaring opgedaan met het betrekken van medewerkers bij verduurzaming. Benut die ervaring in de gehele industrie, zo luidde zijn oproep. Sandor Gaastra, directeur-generaal Klimaat en Energie, gaf een samenvatting van het huidige industriebeleid van het kabinet. Hij vertelde dat dit beleid is gestoeld op het idee dat de industrie verleid moet worden om te vergroenen met ‘wortels’ (subsidies) en een ‘stok’ (CO2-belasting). Hij reageerde positief op de voorstellen, maar gaf ook aan dat de bevoegdheden wat betreft de voorgestelde maatregelen bij verschillende ministeries liggen.

Meerdere aanwezigen stelden kritische vragen over de vervuiling en gezondheidsschade die wordt veroorzaakt door de zware industrie. Niet alleen de gezondheid van omwonenden staat op het spel, maar ook die van werknemers zelf. Een deelnemer merkte terecht op dat bedrijven niet alleen een externe, maar ook een interne license to operate nodig hebben. Oftewel: ook onder werknemers moet er draagvlak zijn voor de bedrijfsvoering.
 

Gerichte oplossingen nodig

In het tweede panelgesprek plaatsten Europarlementariër Bas Eickhout, onderzoeker Louise van Schaik en vakbondsbestuurder Luc Triangle het manifest in een Europese context. Bas Eickhout gaf aan dat de gevolgen van de energietransitie in sommige delen van Europa veel harder gevoeld zullen worden dan in Nederland, en dat er nog te weinig gebeurt op Europees niveau om ongelijkheid en armoede te voorkomen. Volgens hem is het just transition-beleid van de Europese Unie nog te veel een slogan; de uitwerking van de plannen laat nog te wensen over. Luc Triangle van de Europese vakbond IndustriAll onderschreef dit. Volgens hem wordt er nu vooral gepraat over macro-oplossingen, terwijl er behoefte is aan gerichte micro-oplossingen voor werknemers in de regio’s waar de transitie plaatsvindt. Het manifest biedt volgens hem de juiste handvatten hiervoor. Het is in lijn met de just transition-visie van IndustriAll zelf. Hij riep dan ook vak- en milieubeweging in Nederland op om samen met de ondertekenaars van het manifest snel aan de slag te gaan met deze gezamenlijke opdracht.

Bas Eickhout
Bas Eickhout in gesprek met Sandra Rottenberg, Louise van Schaik en Luc Triangle. Foto: Noes Petiet.

Louise van Schaik van onderzoeksinstituut Clingendael onderstreepte net als Triangle dat de energietransitie ook een armoedevraagstuk is. Deelname aan de energietransitie en steun voor klimaatbeleid is alleen gewaarborgd als kwetsbare huishoudens, net als werknemers, de transitie niet als een bedreiging zien voor hun bestaanszekerheid, aldus Van Schaik.

Suzanne Kröger en Joris Thijssen, Tweede Kamerleden en ondertekenaars van het manifest, sloten de bijeenkomst af met een terugblik op de werkbezoeken die ze brachten aan Dow Chemicals, Chemelot en Tata Steel, en een vooruitblik naar de vervolgstappen die aan de hand van het manifest kunnen worden gezet. Hoewel het huidige kabinet veel geld heeft gereserveerd voor het vergroenen van de industrie, is er tot nu toe weinig terechtgekomen van de beloofde maatwerkafspraken, zo gaven beide Kamerleden aan. De ministers Adriaansens en Jetten tonen wel ambitie, maar het blijkt dat de Nederlandse industrie de laatste jaren nauwelijks is verduurzaamd. Ook de uitwerking van het door Jetten aangekondigde Actieplan Groene Banen laat nog op zich wachten. Kortom: tijd voor actie!

Joris en Suzanne
Suzanne Kröger en Joris Thijssen. Foto: Noes Petiet.