En ja, de stijl van het protest was voor een journalist, die dingen vaak met wat achterdocht bekijkt, even wennen. Niet de burgerlijke ongehoorzaamheid, maar juist het zoete ervan: de liedjes, ‘hand in hand, strong in solidarity we stand’, de vrolijkheid, het gevoel van saamhorigheid dat bij al die protestanten en de mensen die solidariteit kwamen tonen leek te hebben postgevat. Handen gevormd tot hartjes.

Tijdens de actietraining vooraf hadden we het niet voor niets gehad over de filosofie van geweldloosheid, die, zo drukte de cursusleider ons op het hart, ook over geweldloze communicatie ging. Love and rage: het mantra van Extinction Rebellion.

“ Elke tiende graad minder opwarming is het waard om voor te vechten ”

In de weken erna interviewde ik toevallig verschillende zelfverklaarde optimisten, bij wie ik dezelfde liefdevolle strijdlust bespeurde. Zoals Aniek Moonen, de voorzitter van de Jonge Klimaatbeweging, die teleurgesteld maar nog veel gemotiveerder terugkwam van de mislukte klimaattop COP27. Want elke tiende graad minder opwarming is het waard om voor te vechten.

In dit nummer ook genoeg mensen die uit liefde, én woede, werken. Zoals journalist George Monbiot, die zich in een groot interview uitgebreid opwindt over de destructieve kracht van landbouwsubsidies en de veehouderij. Productieve woede ook, over het falende antidiscriminatiebeleid en het onversneden racisme dat sommige politieke partijen de ether in mogen gooien.

Activist Jerry Afriyie besloot zich niet te beperken tot beleidsvoorstellen die grote kans maakten ingevoerd te worden. Met de Zwarte gemeenschap legde hij álle wensen op tafel die een gelijkwaardiger toekomst moeten inluiden.

Filosoof Baptiste Morizot legt vol hartstocht uit hoe raar het is dat we over de natuur spreken als een zwak, klein dingetje dat ‘gered’ moet worden. Laat je vooral meevoeren in zijn gemijmer over de ‘orgastische seksualiteit van het stuifmeel’, en de baltsende arenden natuurlijk.