In zijn nieuwe boek onderscheidt de auteur verschillende ‘ongelijkheidsregimes’: die van de standensamenleving, bestaande uit geestelijkheid, adel en de stand van boeren en arbeiders; de maatschappij van slavenhouders; de koloniale en postkoloniale samenleving; het kapitalisme; en tot slot het hyperkapitalisme dat in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw opkwam.
De landen of gebieden waar hij op focust zijn de VS, Europa, Rusland, India, China en Brazilië. Elk ongelijkheidsregime produceert zijn eigen type rechtvaardiging.
Samenhangend met deze brede aanpak heeft Piketty voor een andere invalshoek gekozen. Zijn vorige boek, Kapitaal in de 21ste eeuw, was vooral aan economen gericht. Hij wilde aantonen dat ongelijkheid geen politiek maar een economisch thema was, dat onterecht uit de moderne economische theorievorming verbannen was.
Wil je ongelijkheid voorkomen, dan moet je volgens Piketty markten anders inrichten en niet pas achteraf via de overheid aan het herverdelen slaan. Dat kan bijvoorbeeld door verbetering van de onderhandelingspositie van werknemers, door een verscherpt toezicht van de mededingingsautoriteit of door versterking van de bedrijfsdemocratie.
Twee kapitaalbegrippen
Zoals de econoom Suresh Naidu in een bespreking van Kapitaal in de 21ste eeuw opmerkte, gebruikt Piketty in dat boek twee kapitaaldefinities door elkaar heen: een ‘wilde’ en een ‘getemde’ notie.
De getemde behandelt het kapitaal louter als een productiefactor, naast land en arbeid, en kijkt alleen naar het kapitaal als bron van winst in de sfeer van de productie.
De wilde is stukken breder en behandelt zo’n beetje alles waarmee je als ‘kapitalist’ - ook buiten het productieproces om - met hulp van juristen, advocaten, economen, fiscalisten en politici winst kan maken of waar je rente van kan trekken.
Onder kapitaal in brede zin vallen roerende en onroerende goederen. Dat kan variëren van machines tot gebouwen, van land tot vastgoed en van aandelen en obligaties tot intellectueel eigendom. In slavenhoudersmaatschappijen kunnen zelfs mensen particulier eigendom worden en daarmee ‘kapitaal’ voor hun bezitter vormen.
In Piketty’s nieuwe boek treedt deze ‘wilde’ notie van kapitaal in vol ornaat naar voren. Kort samengevat gaat Capital et idéologie over verschillende vormen van eigendom en de sociale, juridische, fiscale en politieke bewerkingen die bezit heeft ondergaan om als materieel of immaterieel goed verkocht, vermeerderd, opgehoopt en aan volgende generaties doorgegeven te kunnen worden.