Het raakt des te meer omdat Willemsen zelf patiënt is – uitgezaaide longkanker - op moment van schrijven. In feite doorloopt zij hetzelfde als de mensen die zij in haar boek beschrijft, maar dan met meer voorkennis dan haar eigen patiënten.
Wat Willemsen in haar beschrijvingen van haar patiënten mooi weet te vangen is hoe ieder mens uniek is, wellicht des te meer op zijn of haar sterfbed. De kracht van het boek schuilt in de mensenkennis en compassie van Willemsen en hoe ze in korte hoofdstukken weet te verwerken hoe de laatste levensfase de verschillende karakters van mensen toont. Er zullen altijd tranen zijn, ja, maar ook angst, liefde, hoge pieken en diepe dalen. Een grote verscheidenheid aan mensen komt voorbij.