Het is vermoedelijk niet haalbaar om plastic helemaal uit te bannen, maar we kunnen de problemen al een stuk kleiner maken door van het vervuilende en lineaire productieproces af te stappen en richting een circulair gebruik van plastic te gaan. Voor het maken van plastic dat we niet kunnen vervangen door andere materialen zouden we dan vooral afgedankt plastic gebruiken (recycling), plus CO2-stromen die we uit de atmosfeer willen houden.
De noodzaak om CO2 uit de industrie en de energiesector af te vangen en op te slaan (Carbon Capture and Storage, CCS) wordt steeds groter nu de CO2-uitstoot maar niet daalt terwijl de problemen die de opwarming van de aarde veroorzaakt steeds voelbaarder worden. Klimaatscenario’s die beschrijven hoe de opwarming tot anderhalve graad beperkt kan worden, gaan inmiddels uit van negatieve emissies. Daarbij wordt CO2 uit de atmosfeer gehaald, bijvoorbeeld door biomassa-reststromen als energiebron te gebruiken en de CO2 die daarbij vrijkomt op te slaan (Bio-Energy with Carbon Capture and Storage, BECCS). De CO2 die bomen en planten door fotosynthese hebben opgenomen uit de lucht keert dan niet terug in de lucht.
Maar in plaats van CO2-stromen op te slaan in ondergrondse of onderzeese reservoirs, met het risico dat het gas alsnog vrijkomt door lekkages, zouden we deze CO2 ook kunnen aanwenden als grondstof. Het gebruik van CO2 voor nuttige doeleinden staat bekend als Carbon Capture and Utilisation (CCU). Het alledaags gebruik van CO2 beperkt zich tot nu toe tot de prik in onze frisdrankjes en de koolzuursneeuw in sommige brandblussers, maar waarom zouden we CO2 niet ook gebruiken als grondstof voor plastic? Dan hoeven we daarvoor geen aardolie meer te gebruiken, of in elk geval minder. Het is ongewenst om koolstofverbindingen op te pompen uit de grond, nu er al te veel koolstof in onze atmosfeer zit.
Experimenten
Sinds een aantal jaar wordt er door meerdere bedrijven geëxperimenteerd met materialen als polypropyleencarbonaat (PPC) en polyetheencarbonaat (PEC), die potentie hebben om de huidige fossiele plastics te vervangen. Deze nieuwe plastics hebben CO2-gehaltes tot ongeveer 40 procent. Uit onderzoek is gebleken dat een CO2-percentage van 20 procent de uitstoot van het productieproces al kan verlagen met 11 tot 19 procent en 13 tot 16 procent fossiele grondstof kan besparen. Als deze plastics op grote schaal geproduceerd zouden worden, zou de klimaatimpact van plastic dus aanzienlijk verkleind worden. Negatieve emissies levert het echter nog niet op. Daarvoor moet het CO2-gehalte in de nieuwe plastics omhoog, moet het productieproces schoner worden en moet verzekerd worden dat de CO2 in het plastic na gebruik niet alsnog in de atmosfeer belandt.
Een van de bedrijven die vooroploopt op het gebied van het produceren van plastics met behulp van CO2 is het Duitse Covestro. Het bedrijf produceert momenteel zachtschuim van polyurethaan dat voor 20 procent uit CO2 gemaakt is, afgevangen uit de installaties van een naburig bedrijf. Van het zachtschuim worden eindproducten gemaakt als matrassen en autostoelen. Dit is vooralsnog de bekendste toepassing die reeds op de markt is verschenen. Het Europese samenwerkingsproject Carbon4PUR, waar Covestro in deelneemt, experimenteert momenteel met het afvangen van rookgassen van de staalindustrie, teneinde zowel de CO2 als de CO uit die gassen te gebruiken als grondstof. Covestro laat weten dat de laboratoriumtests veelbelovend hebben uitgepakt en dat dit proces binnenkort op industriële schaal getest zal worden. "We moeten afval beschouwen als een grondstof”, zegt Markus Steilemann, CEO van Covestro. “Samen kunnen we meer gebruik maken van alternatieve koolstofbronnen zoals CO2 om de koolstofkringloop te sluiten en te besparen op rechtstreekse fossiele grondstoffen zoals ruwe olie."