Een belangrijk deel van die status quo is de 'liberale wereldorde', met als pilaren multilaterale organisaties als de Verenigde Naties en de Wereldhandelsorganisatie. Rechts-populistische politici als Donald Trump zijn een bedreiging voor deze wereldorde en gaan uit van een wereldbeeld waarin het nationale belang voorop staat. Ze vormen zo een bedreiging voor mensenrechten, vrede en welvaart.

Radicale groene progressieven worden zo in de verdediging gedwongen. Maar het is belangrijk om te beseffen dat deze wereldorde niet de orde is waar wij progressieven voor gestreden hebben. Groenen hebben bijvoorbeeld altijd geageerd tegen vrijhandelsverdragen. Te vaak is vrije handel geen eerlijke handel. Producten die je op de vrije wereldmarkt kunt kopen, voldoen niet aan de hoge standaarden op het gebied van arbeidsrecht, dierenwelzijn en milieu die we hier in Europa hebben opgebouwd.

“ Het is belangrijk om te beseffen dat deze wereldorde niet de orde is waar wij progressieven voor gestreden hebben ”

Polk en Rosén concludeerden in een recent artikel dat politicologische experts in de veronderstelling leven dat radicaal-rechtse partijen vaak tegen vrijhandel zijn. Maar als we kijken naar de daadwerkelijke besluitvorming over handelsverdragen zien we dat rechtse partijen, inclusief radicaal-rechtse partijen, zich inzetten voor vrijhandel.

Het verzet tegen vrijhandelsverdragen komt keer op keer van groene en linkse partijen en maatschappelijke organisaties. Door hun druk zijn volgens onderzoek van Evans, Kay en Lecher sommige vrijhandelsverdragen vergroend. Het waren Groenen en progressieven die het verzet tegen CETA aanvoerden, omdat dit vrijhandelsverdrag tussen Canada en de EU bedrijven macht zou geven om staten aan te klagen als zij sociale of milieuregels invoeren.

Belangrijke internationale instituties staan onder druk. Op het nationale niveau zien we dat radicaal-rechtse partijen de gevestigde macht uitdagen. Progressieve, groene en linkse krachten staan op de meeste vraagstukken recht tegenover radicaal-rechts.

Progressieven moeten zich echter niet in een positie laten dwingen waarin ze alle bestaande instituties moeten verdedigen. Dat moet zeker niet als ze zich daar jaren tegen hebben verzet omdat de instituties onrechtvaardig, asociaal en niet-duurzaam zijn.

Literatuur

  • Evans, R., & Kay, T. (2008). How environmentalists “greened” trade policy: Strategic action and the architecture of field overlap. American Sociological Review, 73(6), 970-991.
  • Lechner, L. (2016). The domestic battle over the design of non-trade issues in preferential trade agreements. Review of International Political Economy, 23(5), 840-871.
  • Polk, J., & Rosén, G. (2023). Trade and the transnational cleavage in European party politics. Journal of European Public Policy, 31(1), 104-130.