Bijvoorbeeld: kan Europa nog wel met recht zeggen dat het continent slechts verantwoordelijk is voor 7 procent van alle broeikasgasuitstoot, als we een groot deel van onze productie uitbesteden aan andere landen? En: zijn we onze fossiele verslaving niet gewoon aan het inruilen voor een afhankelijkheid van lithium en andere grondstoffen voor de energietransitie? En: kunnen we het ons in Europa wel veroorloven om vanwege morele bezwaren op te houden met zaken doen met autocratieën als China?
Waar we tot nu toe vaak hebben geschreven over de gezelligere aspecten van degrowth, zoals goed openbaar vervoer, betere sociale huisvesting en voor iedereen een basisbaan, kijken we in dit nummer kritisch naar de rol van een milieubewust Europa met een krimpend bbp op het wereldtoneel. Met het pacifisme en antimilitarisme van veel proponenten van de degrowth-beweging komen we er niet, zo laat Richard Wouters zien in zijn essay.
Er worden in dit nummer meer kritische noten gekraakt over de moraliteit waarop de EU zich laat voorstaan, en de daadwerkelijke uitwerking van het beleid van de unie op andere landen. Aan te raden is het essay van Aleksandra Savanović over migratie. Zij beschrijft scherp hoe zeer de steeds toenemende bewaking van onze buitengrenzen, het Fort Europa, niet strookt met de ‘Europese waarden’ waar we ons zo op laten voorstaan. Een dystopie, noemt Savanović dat.