Biodiversiteit en voedselzekerheid zijn niet gebaat bij overintensieve landbouw. De wereld kan ook op andere wijze worden gevoed. Dat is geen pleidooi voor een terugkeer naar vroeger, maar wel voor radicale verandering.
De Nederlandse socioloog en migratieonderzoeker Ruud Koopmans heeft een reputatie als het gaat om grootschalige transnationale studies naar integratie. In 2015 publiceerde hij een onderzoek onder zesduizend Marokkaanse en Turkse moslims in zes Europese landen, waaronder Nederland. Conclusie: bijna de helft houdt er traditionele opvattingen op na die niet stroken met de westerse democratische waarden. Hij kreeg er lof voor, maar evenveel hoon.
“Met mij gaat het goed, met ons gaat het slecht” is zowel een samenvatting van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) van het maatschappelijke sentiment in Nederland als de titel van een recent boek van Paul Schnabel (2018). Kim Putters, directeur bij het SCP, haalt deze kernachtige paradox aan in de inleiding op zijn vorige maand verschenen boek Veenbrand. Smeulende kwesties in de welvarende samenleving
Het is maar goed dat niet alle uitspraken van Richard Sennett uitkomen. In 2001 liet de inmiddels 76-jarige socioloog weten dat er waarschijnlijk nog één boek in hem zou zitten met als onderwerp de ‘sociologie van het optreden’ (sociology of performing). Dat boek heeft het levenslicht nog niet gezien, maar zes ander boeken inmiddels wel, waaronder het vorig jaar uitgekomen ‘Stadsleven, een visie op de metropool van de toekomst’ (oorspronkelijke titel: Building and Dwelling: Ethics for the City).
Extreme rijkdom is niet alleen schadelijk voor de democratie maar ook voor het klimaat. In de praktijk is rijkdom niet verenigbaar met onze ecologische plichten. Er zijn voldoende redenen om een extra beroep te doen op de allerrijksten in de strijd tegen klimaatverandering.
Na het slotdebat voor de Provinciale Statenverkiezingen merkte cabaretier Dolf Jansen op dat er tijdens de turbulente verkiezingscampagne één zekerheid bestond: “Een stem op een vrouw is een stem op een vrouw.” Binnen het huidige kiesstelsel is dat inderdaad een feit. Maar in het door de commissie-Remkes voorgestelde alternatieve kiesstelsel kan een stem op een vrouw zomaar een stem op een man betekenen. Hoe zit dit?
Het recht van staten op soevereiniteit biedt bescherming tegen oorlog en overheersing van buitenaf, maar schept ook een moreel dilemma. Wanneer is het gerechtvaardigd die soevereiniteit te schenden?