Enkele maanden geleden startten de Wiardi Beckman Stichting en Wetenschappelijk Bureau GroenLinks een project over framing. De bedenkingen daaromtrent lieten zich raden: Framing behoort toch niet tot de taken van wetenschappelijke bureaus? En hadden we niet net geconstateerd dat te veel mensen in politiek Den Haag bezig zijn met beeldvorming en communicatie? Dat klopt, dusdanig zelfs dat onderliggende waarden en ideologische denkkaders ondergesneeuwd zijn geraakt. [1] Daarom júist dit project.
![Framing](/sites/wetenschappelijkbureau/files/styles/instagram/public/2024-11/framing-2-vk.png?h=97003be6&itok=qBLSIOdE)
Frames vertolken abstracte ideologische ideeën en passen deze toe op een concrete maatschappelijke kwestie. Zo is het aan de hand van frames dat ideologie vorm krijgt in ons denken en ons doen. Hanteer je bijvoorbeeld het frame dat we middenin een asieltsunami zitten, dan heeft dat een heel andere invloed op je denken en doen dan wanneer je redeneert vanuit het frame dat we te maken hebben met een opvangcrisis. Het eerste frame vertolkt een ideologie van nativisme, het tweede een van solidariteit en medemenselijkheid.
Frames zijn dus een onmisbaar instrument in de ideologische strijd. En laten we eerlijk zijn: rechtse politici en organisaties zijn een stuk vaardiger in het hanteren van dit ideologische instrument. Zelfs in die mate dat rechtse frames ons op veel thema’s permanent in het defensief dwingen.
Er is dus werk aan de winkel. Zo ook voor de wetenschappelijke bureaus, omdat framing en het denken over ideologie – de kerntaak van wetenschappelijke bureaus – niet los van elkaar gezien kunnen worden.
Ideologisch werk
Framing is een veelgebruikt begrip, we horen het bijna dagelijks. Vaak heeft het dan een negatieve connotatie en wordt het gezien als een verdraaiing van de feiten, of een poging om een vervelende realiteit onder het tapijt te schuiven. In feite gaat het dan eerder over ‘spinning’. Dat is niet waar we in dit artikel op doelen. Bij framing gaat het er niet om de feiten te verdraaien of te verhullen, maar deze op een bepaalde manier te interpreteren en van morele betekenis te voorzien. Frames zijn interpretatiepatronen in onze hoofden of in discours, die ons helpen de sociale realiteit, in al haar complexiteit, te bevatten en te duiden.
Die interpretatiepatronen zijn nooit neutraal, maar reflecteren onderliggende ideologieën. Zij articuleren ideologische ideeën, aannames en overtuigingen en passen deze toe op een concrete realiteit. Zo krijgen abstracte ideologieën aan de hand van frames praktische betekenis in het denken en doen van mensen. Frames verrichten dus een belangrijke vorm van ‘ideologisch werk’.[2]
Een ander veelgehoord misverstand is dat framing staat voor een oppervlakkige manier van politiek bedrijven, waarin ingewikkelde kwesties worden gereduceerd tot één simplistische slogan. Op zichzelf doen slogans inderdaad veelal geen recht aan de vaak complexe realiteit. Het punt is alleen dat de slogan zelf helemaal niet hetgeen is waar het bij framing om draait. Het gaat hem juist om het web van ideeën, aannames en overtuigingen – het frame – dat een slogan oproept in de hoofden van mensen.
“ Succesvolle framing is een zaak van lange adem, niet een kortstondige campagnestrategie ”
Neem Wilders, die roept dat ‘de Nederlander op één’ moet komen. Dat brengt al snel de gedachte met zich mee dat we niet langer de baas zijn in eigen land, dat de Nederlander wordt bedreigd door allerlei dreigingen van buitenaf, en dat we onszelf enkel kunnen beschermen door te kiezen voor een sterke leider die de grenzen dichtgooit en intern orde op zaken stelt. Hoe dat komt? Doordat Wilders ons twintig jaar lang heeft aangepraat dat we het asielzoekerscentrum van de wereld zijn en dat een zwalkende linkse elite de grenzen wagenwijd open heeft gegooid en zo een proces van omvolking in gang heeft gezet. Oftewel, Wilders heeft zijn slogan decennialang consequent ‘geladen’ met een ideologie van paranoïde nationalisme. [3] We willen maar zeggen: succesvolle framing is een zaak van lange adem, niet een kortstondige campagnestrategie.
Om beter te begrijpen hoe framing werkt, gingen we na wat de wetenschappelijke literatuur erover te zeggen heeft.[4] Daaruit blijkt dat frames hun ‘ideologisch werk’ verrichten door antwoorden aan te reiken op een of meer van de volgende vijf vragen.
Vraag 1: Wat is precies het probleem?
In de eerste plaats leveren frames een specifieke probleemdefinitie van de maatschappelijke situatie, ontwikkeling of gebeurtenis waar zij betrekking op hebben. Wat zijn precies de ontwikkelingen of situaties die politieke aandacht verdienen? Waarop zijn die ontwikkelingen van invloed? En welke onrechtvaardigheden zijn ermee gemoeid?
Inherent aan de probleemdefinitie van een frame is dat bepaalde aspecten van de maatschappelijke realiteit worden benadrukt, of zelfs uitvergroot, terwijl andere juist worden onderbelicht of geheel buiten beschouwing gelaten. Keuzes voor bepaalde woorden en het gebruik van metaforen spelen in dit alles een belangrijke rol.[5] Wat is precies het probleem? Is er in de grote steden sprake van omvolking of van superdiversiteit?
Vraag 2: Hoe zijn we hier gekomen?
Daarnaast duiden frames ook een bepaalde oorzaak-gevolgrelatie en wie daar de verantwoordelijkheid voor draagt. Wat heeft de ontstane situatie of ontwikkeling veroorzaakt? Wie of wat is daar verantwoordelijk voor? Zijn, bijvoorbeeld, winst-najagende boeren verantwoordelijk voor de stikstofcrisis, of is dat de overheid die hen onder het mom van voedselzekerheid decennialang heeft aangespoord om te intensiveren?
“ De boer melkt de koe en BBB melkt de boer ”
Hoewel het toekennen van verantwoordelijkheid voor bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen een belangrijke functie kan zijn van frames, kunnen frames ook worden gebruikt om verantwoordelijke partijen juist buiten schot te houden en verborgen agenda’s verborgen te houden. Zo houden rechtse frames in de maatschappelijke discussie omtrent de stikstofcrisis de banken en de agro-industrie veelal buiten beeld. Waar rechtse frames verantwoordelijke partijen bewust verborgen houden, is het aan linkse frames om deze juist bloot te leggen. De boer melkt de koe en BBB melkt de boer.
Vraag 3: Wat staat er op het spel?
Per definitie hebben frames een uitgesproken morele lading. Ze geven een specifieke interpretatie van de morele waarden die op het spel staan in een bepaalde kwestie. Zien mensen in de studentenprotesten tegen het geweld in Gaza een uiting van internationale solidariteit en medemenselijkheid, of zien zij in de eerste plaats een verstoring van de openbare orde en ondermijning van het gezag? Hoe een maatschappelijke situatie wordt geframed, maakt nogal uit voor het morele oordeel dat mensen erover vellen.
Door te appelleren aan diepliggende morele waarden, roepen frames emoties op bij mensen. Hoe sterker die emoties, hoe effectiever frames zijn in het activeren van aan die emotie gekoppelde denk- en handelingspatronen. Daarbij valt op dat linkse frames doorgaans appelleren aan waarden als zorgzaamheid, eerlijkheid en vrijheid, terwijl rechtse frames zich bedienen van een veel breder palet aan waarden waar ook zaken als loyaliteit, respect voor autoriteit en eerbied voor tradities toe behoren [6] Willen we dat linkse frames ook resoneren bij mensen die dergelijke waarden hoog in het vaandel hebben, dan zullen we beter duidelijk moeten maken hoe onze politieke agenda ook die waarden ten goede komt.
Vraag 4: Wie versus wie?
Frames geven een specifieke interpretatie van de verschillende identiteiten en belangen die gemoeid zijn met een sociale of politieke kwestie, plus hoe deze belangen en identiteiten zich tot elkaar verhouden. Daarmee reiken frames antwoorden aan op vragen als: wie bedreigt mij, wie zijn mijn bondgenoten? Wie is dader, wie slachtoffer? Wie heeft recht van spreken, wie niet? Wie verdient erkenning, wie afgunst?
De antwoorden op deze vragen – die verscholen liggen in frames – spelen een belangrijke rol in zowel het (her)produceren van maatschappelijke tegenstellingen (wij-zij-denken) als gevoelens van solidariteit binnen en tussen groepen (wij-denken). Framing kan zo een bijdrage leveren aan de totstandkoming van nieuwe vormen van politiek bewustzijn en het articuleren van nieuwe sociale coalities.
Vraag 5: Hoe komen we uit de shit?
Tot slot dragen frames bepaalde (beleids)oplossingen aan. Veelal niet expliciet, maar impliciet. Van de specifieke diagnose die frames aanleveren, en de taal die hierbij wordt gebruikt, gaat vaak een dwingende logica uit die aanstuurt op bepaalde oplossingsrichtingen.
Framen we het stikstofvraagstuk als een kwestie van natuurherstel, dan vraagt dat om een transformatie van de landbouwsector. Framen we het als een juridische kwestie, dan moeten we om uit de shit te geraken naar Brussel om een uitzondering te vragen op de Europese regels.
Het moge duidelijk zijn: frames zijn nooit neutraal. Er zijn altijd verschillende duidingen mogelijk van de maatschappelijke realiteit. Politiek is dan ook in belangrijke mate een strijd om wiens en welke frames het publieke debat domineren.
Momenteel is rechts die strijd aan het winnen. Daarmee is rechts, om met de woorden van de Belgische taalkundige Jan Blommaert zaliger te spreken, de ‘dirigent van het denken en handelen’ van grote groepen mensen.[7]
Toon, stijl en strategie in de strijd om de beeldvorming
Framing is dus veel meer dan een communicatietrucje. Het is ideologie in actie. Dat wil niet zeggen dat communicatiestijl en -strategie er niet toe doen. Integendeel. De manier waarop frames worden gecommuniceerd is bepalend voor de mate waarin mensen ze gebruiken om de wereld om zich heen te begrijpen. Anders gezegd: je kunt mensen wel een ideologische bril aanreiken, maar als ze die bril vervolgens niet opzetten heb je er niks aan. Zorgen dat mensen die bril wél opzetten, dat ze de wereld wél door jouw ideologische filter gaan zien, vergt een manier van politiek bedrijven die wezenlijk verschilt van hoe we gewend zijn geraakt het te doen. Om dit scherp te krijgen maken wij hieronder een onderscheid tussen een bestuurlijke en een ideologische manier van politiek bedrijven.
Binnen de bestuurlijke stijl profileren partijen en hun politici zich aan de hand van hun beleidsstandpunten. Er is een maatschappelijk probleem en dat roept de vraag op wat de best mogelijke manier is om dat probleem op te lossen. Neem de woningmarkt. Die zit op slot en dus moeten er meer woningen bijkomen. Politici spelen dan hun verschillende opvattingen tegen elkaar uit. De een wil bijvoorbeeld vooral starterswoningen bijbouwen, de ander wil inzetten op meer sociale huur, een derde wil de bestaande woningvoorraad splitsen. Om de kiezer ervan te overtuigen dat hun beleidsvoorstellen de meest wenselijke zijn, dragen zij allerhande feiten, cijfers en argumenten aan die moeten laten zien dat hun voorstellen de belangen van de kiezer het beste dienen.
Door op deze manier politiek te bedrijven maken zij twee denkfouten. Ten eerste gaan zij er ten onrechte vanuit dat kiezers de feiten op de door hen gewenste manier zullen duiden. We weten inmiddels dat feiten niet voor zichzelf spreken, maar pas betekenis krijgen wanneer deze worden geplaatst binnen een bepaald frame. Daarbij geldt bovendien dat mensen selectief zijn in de feiten die ze tot zich nemen. Feiten die passen binnen hun wereldbeeld worden meegenomen. Feiten waar dat niet voor geldt, worden simpelweg genegeerd. Om met de Amerikaanse cognitief-taalkundige George Lakoff te spreken: ‘the facts unframed won’t set you free’.[8]
Ten tweede gaan zij er ten onrechte van uit dat kiezers stemmen op basis van hun belangen en beleidsvoorkeuren. Maar zoals politiek psychologen ons al lange tijd proberen duidelijk te maken, zijn kiezers geen berekenende wezens die verschillende argumenten en beleidsstandpunten tegen elkaar afwegen om te bepalen welke partij hun belangen het beste dient.
“ Niet het hoofd van de kiezer moet geraakt worden, maar het hart ”
Kiezers stemmen vooral op basis van hun identiteit, waarden en emoties. Ook wanneer dit ogenschijnlijk tegen hun economische eigenbelang ingaat.[9] Wil je als partij kiezers voor je winnen, dan zul je op het niveau van emoties en identiteit een verbinding met ze moeten leggen. Niet het hoofd van de kiezer moet geraakt worden, maar het hart.
In de ideologische manier van politiek bedrijven communiceren politici op een andere manier met de kiezer. Niet beleid, feiten en rationele argumenten staan op de voorgrond, maar ideologisch gekleurde interpretaties van de maatschappelijke realiteit en vergezichten over waar het heen moet met de samenleving. Beleidsvoorstellen blijven natuurlijk belangrijk binnen de ideologische logica, maar dan vooral op de achtergrond, als bewijs dat er een weldoordacht plan klaarligt om de gewenste maatschappelijke veranderingen te realiseren. Het doel moet zijn de brownie te verkopen, niet het recept.
In de logica van de ideologische politiek worden feiten altijd voorzien van een gebruikshandleiding: een frame. Wat laten de feiten precies zien, wat is het probleem? Waar komt dit door? Welke morele waarden staan er op het spel? Wie zijn hierin je bondgenoten, wie je vijand? En pas in de laatste plaats: wat is het beste beleid om op de situatie of ontwikkeling te reageren?
De kiezer wordt dan ook niet langer gezien als een rationeel denkend wezen dat via kiezersonderzoeken zijn objectieve belangen en voorkeuren vrijgeeft, maar als een zoekend ideologisch wezen dat een verhaal – een frame geladen met waarden – nodig heeft om de sociale realiteit en zijn eigen positie daarin te vatten. Het beleid komt later wel.
Tot slot strekt de politieke arena zich binnen de ideologische logica uit tot ver buiten de muren van het parlement. Daadkrachtige ideologische politiek vraagt om brede maatschappelijke coalities, waarin linkse politieke partijen de krachten bundelen met maatschappelijke bewegingen in een gezamenlijke strijd om de beeldvorming. Dat betekent gezamenlijk frames ontwikkelen die de publieke opinie kunnen doen kantelen en gezamenlijk investeren in communicatie-infrastructuren om die frames effectief te kunnen verspreiden.
Dit artikel is eerder verschenen in S&D.
Voetnoten
- Zie bijvoorbeeld: Meer, Tom van der (2024). Waardenloze Politiek. Hoe de Nederlandse politiek de kunst van het conflict verloor. Querido; Meeus, Tom-Jan (2024). Duidelijkheid. Uitgeverij Pluim; Oudenampsen, Merijn en Mellink, Bram (2022). Neoliberalisme. Boom.
- Voor een vergelijkbare interpretatie van de relatie tussen framing en ideologie, zie o.a. David Snow (2004). Framing Processes, Ideology, and Discursive Fields. In: Snow, D., Soule, S.A., Kriesi, H. The Blackwell Companion to Social Movements. Zie ook Stuart Hall (1985). Signification, Representation, Ideology. Althusser and the Post-Structuralist Debates. In Critical Studies in Mass Communication.
- Annelien De Dijn (13 december 2023). De terugkeer van het paranoïde nationalisme. De Groene Amsterdammer
- Voor dit project bestudeerden we relevante literatuur uit de linguïstiek, sociaal-psychologie, mediastudies, politicologie, politieke psychologie, politieke communicatie en sociologie. Zie verwijzingen in de overige voetnoten. Voor een nuttige introductie in de praktijk van framing, zie Hans de Bruijn (2019). The Art of Political Framing. How Politicians Convince Us that They are Right. Amsterdam University Press.
- Zie Lakoff, George en Johnson, Mark (1980). Metaphors we live by. The University of Chicago Press; Goatley, Andrew (2007). Washing the brain: Metaphor and Hidden Ideology. John Benjamins Publishing Company.
- Haidt, Jonathan (2012). The Righteous Mind. Why Good People are Divided by Politics and Religion. Penguin Books Ltd.
- Blommaert, Jan (2019). U zegt wat wij denken. Een praktische handleiding voor framing. EPO Uitgeverij.
- Lakoff, George (2004). Don’t think of an Elephant. Know Your Values and Frame the Debate. Chelsea Green Pub Co.
- Zie bijvoorbeeld Westen, Drew (2007). The Political Brain. The Role of Emotion in Deciding the Fate of the Nation. Public Affairs; Achen, C.H. en Bartels, L (2016). Democracy for Realists. Why Elections do not Produce Responsive Government; Slothuus, Rune (2010). When Can Political Parties Lead Public Opinion? Evidence from a Natural Experiment. Political Communication vol. 27: 158-177.
Lees ook in deze Helling
![cover De Helling winter 2024 - framing](/sites/wetenschappelijkbureau/files/styles/campagne/public/2024-12/cover-Helling-winter-2024-framing-vk.jpg?h=b69f9a7b&itok=S5qOIjrV)
Word vriend & ontvang de Helling
Altijd de nieuwste artikelen lezen? Als vriend van Wetenschappelijk Bureau GroenLinks ontvang je 4x per jaar de Helling per post. Ook heb je bij elke nieuwe editie direct toegang tot alle Helling-artikelen op onze website.
De Helling draagt bij aan verdieping en politieke visievorming binnen GroenLinks. Met jouw vriendschap steun je het werk van het tijdschrift en Wetenschappelijk Bureau GroenLinks.