Plastic is niet meer weg te denken uit ons leven. We worden omringd door producten waar plastic in is verwerkt en het gebruik ervan is nauwelijks te vermijden. Maar de problemen die plastic veroorzaakt worden steeds zichtbaarder. Voor de productie van plastic zijn grote hoeveelheden aardolie nodig en er komt CO2 bij vrij. Eenmaal afgedankt zorgt plastic ook voor problemen. Het materiaal is zeer slecht afbreekbaar, waardoor wij de natuur, haar ecosystemen en haar voedselketens zowel op het land als in de oceanen ernstig vervuilen. Hoe kunnen we slimmer omgaan met plastic?
Ontwikkelingslanden kunnen meer profijt hebben van hun bodemschatten, als zij deze niet in ruwe vorm exporteren, maar bewerken tot producten. Het opzetten van een eigen industrie is echter eenvoudiger gezegd dan gedaan. Neem bijvoorbeeld de batterijfabriek die Nederland zou helpen bouwen in Bolivia. Het plan werd groots aangekondigd in 2013, maar inmiddels is de samenwerking doodgebloed.
Het sluiten van alle kringlopen in de landbouw, waaronder de koolstofkringloop, de stikstofkringloop en de fosfaatkringloop. Dat is een duidelijke ‘stip op de horizon’. Een landbouw die klimaatneutraal is en onze biodiversiteit ondersteunt in plaats van bedreigt. Maar hoe komen we daar?
Kunnen we wijken zo bouwen dat de nutriënten en de energie in het afvalwater van huishoudens en bedrijven in de wijk zelf worden teruggewonnen? Deze vraag stond centraal in een workshop tijdens het symposium over fosfaatrecycling dat Bureau de Helling en Milieunetwerk GroenLinks op 12 mei organiseerden. Een verslag.
Alle fosforstromen en -verliezen in de Europese Unie in kaart te brengen. Dat heeft Kimo van Dijk, promovendus in Wageningen, zich ten doel gesteld. Een flinke klus, maar een belangrijke. Fosfor is immers onmisbaar voor onze voedselvoorziening en onze gezondheid. Een van de verrassende inzichten uit Van Dijks onderzoek is dat er veel fosfor uit het voedselsysteem verdwijnt via de uitwerpselen van huisdieren. Bureau De Helling sprak met hem over zijn onderzoek en over de bijdrage van Banjer en Minoes aan fosforverlies.
Minder dan een procent van het landoppervlak van de aarde wordt gebruikt voor grondstoffenwinning - een klein deel in vergelijking met de landbouw. Maar mijnbouw heeft een onevenredig groot effect op het milieu en de natuur.
Bedrijven maken zich op om grondstoffen te gaan winnen in de ruimte. Deze mijnbouw vereist internationale afspraken. Anders wordt de ruimte het nieuwe Wilde Westen.
Rioolwater, groente- en fruitafval en andere organische reststromen, allemaal bevatten ze waardevolle nutriënten zoals fosfaat. Die gaan nu nog te vaak verloren. Tijdens het slotdebat van het fosfaatsymposium van Bureau de Helling en Milieunetwerk GroenLinks op 12 mei passeerden vele ideeën voor betere recycling van nutriënten de revue.
Missiegedreven innovatiebeleid is een relatief nieuwe en bovenal veelbelovende manier om grote maatschappelijke missies, zoals het vergroenen van de zware industrie, vorm te geven. Zowel Nederland als de Europese Commissie voeren missiegedreven innovatiebeleid. Dit hoofdstuk geeft een inleiding op de theorie van missiegedreven innovatiebeleid (waarin het werk van Mariana Mazzucato een belangrijke rol speelt) en beschrijft de sterke en zwakke punten. Het bespreekt en beoordeelt tevens de manier waarop Nederland vormgeeft aan zijn missiegedreven beleid: wat gaat goed en wat kan beter?
Wat valt er te winnen met mijnbouw in de diepzee? Wat zijn de gevolgen voor het leven in de oceanen? Bureau de Helling vroeg het aan maritiem bioloog Sabine Gollner.