Als het aan het Amsterdamse stadsbestuur ligt, komen auto’s die rijden op benzine en diesel vanaf 2030 de stad niet meer in. Het plan van het bestuur klinkt radicaal en daadkrachtig, maar zal zonder een positieve maatschappijvisie en slimme transitiestrategie vooral weerstand oproepen en verzanden in kleine stapjes. Niet het verbeteren van het bestaande en het formuleren van oplossingen – zoals het Amsterdamse plan – moeten uitgangspunt zijn van duurzame transitie, maar in het geval van vervoer een inclusief, leuker, schoner en minder ruimte vragend stedelijk mobiliteitssysteem. Een pleidooi voor een transformatieve politiek met scherpe eisen, ongemakkelijke keuzes en expliciete beloften.
Niemand kan meer ontkennen dat we in de ‘ruïnes’ van het kapitalisme leven, stelt de Franse filosoof Bruno Latour. Een politiek aanbod dat past bij deze mentaliteitsverandering moet echter nog volgen. De groene partijen zijn volgens Latour bij uitstek geschikt om dat aanbod te leveren – mits ze de juiste vragen gaan stellen.
Ons landbouw- en voedselsysteem loopt tegen grenzen aan. Dat blijkt uit afnemende bodemvruchtbaarheid en problemen rond lucht, water, klimaat en biodiversiteit. De kernvraag voor een transitie naar duurzame landbouw luidt: wat vinden wij werkelijk van waarde?
Politieke overtuigingskracht staat en valt met een goed eigen verhaal. Het concept van resilience zou de basis kunnen zijn voor een groen frame.
Extreme rijkdom is niet alleen schadelijk voor de democratie maar ook voor het klimaat. In de praktijk is rijkdom niet verenigbaar met onze ecologische plichten. Er zijn voldoende redenen om een extra beroep te doen op de allerrijksten in de strijd tegen klimaatverandering.
Plannen om de gebouwde omgeving in een vlot tempo van het aardgas af te halen, komen de laatste tijd zowel vanuit klimaatsceptische hoek als vanuit de hoek van klimaatactivisten onder vuur te liggen. Hierdoor dreigt stilstand bij het verduurzamen van de gebouwde omgeving. Dat zou slecht zijn voor een voortvarende aanpak van de klimaatnoodtoestand, want een goede maatregel nu bespaart meer CO2 dan een perfecte maatregel die we pas over tien jaar nemen.
Nederland wil aardgasvrij worden. Daarom worden steeds meer huizen verwarmd door biomassa te verstoken. Is dat wel duurzaam? Wethouders spreken voorzichtig van een ‘tussenoplossing’ in de energietransitie. Maar als de CO2 wordt opgeslagen onder de zeebodem, kunnen biomassacentrales nog decennialang een nuttige rol spelen.
Hoe maken we de eurozone op een ‘groene’ manier crisisbestendig? Hoe ziet een ‘groen’ Europees begrotingsbeleid eruit? De Helling legde deze vragen voor aan parlementariër Franziska Brantner van de Duitse oppositiepartij Bündnis 90/Die Grünen en de Franse voormalig Europarlementariër Alain Lipietz.
Dé euroscepsis bestaat niet: negatieve opvattingen over Europa variëren per lidstaat, afhankelijk van de nationale belangen. De EU zal een manier moeten vinden om met die verschillen om te gaan. De voortdurende focus op harmonisatie van Europees beleid werkt daarbij averechts: de EU is op een aantal beleidsterreinen gebaat bij een gedifferentieerde aanpak die per lidstaat verschilt.
Het huidige systeem van banken die geld scheppen, is contraproductief voor de enorme klimaatuitdagingen waar Nederland voor staat. Een fundamentele verandering van dit systeem is dan ook hard nodig: niet banken, maar de overheid moet geld gaan scheppen en beheren. Een dergelijk geldstelsel is rechtvaardiger, economisch stabieler en dus duurzamer.