Ons landbouw- en voedselsysteem loopt tegen grenzen aan. Dat blijkt uit afnemende bodemvruchtbaarheid en problemen rond lucht, water, klimaat en biodiversiteit. De kernvraag voor een transitie naar duurzame landbouw luidt: wat vinden wij werkelijk van waarde?
Politieke overtuigingskracht staat en valt met een goed eigen verhaal. Het concept van resilience zou de basis kunnen zijn voor een groen frame.
Extreme rijkdom is niet alleen schadelijk voor de democratie maar ook voor het klimaat. In de praktijk is rijkdom niet verenigbaar met onze ecologische plichten. Er zijn voldoende redenen om een extra beroep te doen op de allerrijksten in de strijd tegen klimaatverandering.
Plannen om de gebouwde omgeving in een vlot tempo van het aardgas af te halen, komen de laatste tijd zowel vanuit klimaatsceptische hoek als vanuit de hoek van klimaatactivisten onder vuur te liggen. Hierdoor dreigt stilstand bij het verduurzamen van de gebouwde omgeving. Dat zou slecht zijn voor een voortvarende aanpak van de klimaatnoodtoestand, want een goede maatregel nu bespaart meer CO2 dan een perfecte maatregel die we pas over tien jaar nemen.
Nederland wil aardgasvrij worden. Daarom worden steeds meer huizen verwarmd door biomassa te verstoken. Is dat wel duurzaam? Wethouders spreken voorzichtig van een ‘tussenoplossing’ in de energietransitie. Maar als de CO2 wordt opgeslagen onder de zeebodem, kunnen biomassacentrales nog decennialang een nuttige rol spelen.
Hoe maken we de eurozone op een ‘groene’ manier crisisbestendig? Hoe ziet een ‘groen’ Europees begrotingsbeleid eruit? De Helling legde deze vragen voor aan parlementariër Franziska Brantner van de Duitse oppositiepartij Bündnis 90/Die Grünen en de Franse voormalig Europarlementariër Alain Lipietz.
Dé euroscepsis bestaat niet: negatieve opvattingen over Europa variëren per lidstaat, afhankelijk van de nationale belangen. De EU zal een manier moeten vinden om met die verschillen om te gaan. De voortdurende focus op harmonisatie van Europees beleid werkt daarbij averechts: de EU is op een aantal beleidsterreinen gebaat bij een gedifferentieerde aanpak die per lidstaat verschilt.
Het huidige systeem van banken die geld scheppen, is contraproductief voor de enorme klimaatuitdagingen waar Nederland voor staat. Een fundamentele verandering van dit systeem is dan ook hard nodig: niet banken, maar de overheid moet geld gaan scheppen en beheren. Een dergelijk geldstelsel is rechtvaardiger, economisch stabieler en dus duurzamer.
Richting 2050 moeten circa tien miljard monden worden gevoed. De kunst is een nieuwe groene revolutie zo te laten plaatsvinden dat de voedselproductie duurzaam wordt. Dat laatste is nu nog lang niet het geval. Integendeel, alle succesverhalen ten spijt vormt de landbouw in Nederland een bedreiging voor klimaat, natuur, leefomgeving en volksgezondheid.
Minister Schouten van Landbouw wil dat Nederland in 2030 koploper is op het gebied van de kringlooplandbouw. Het streven van de minister is goed, maar in haar landbouwvisie ontbreken concrete maatregelen, zelfreflectie en verantwoordelijkheidsgevoel van de overheid.