Nederland wil circulair zijn in 2050. Hoe leven, wonen, werken en consumeren we in een economie van gesloten kringlopen? Om die vraag te beantwoorden, werkt Wetenschappelijk Bureau GroenLinks aan een scenario voor een circulair Nederland in 2050. Dit deelscenario gaat over bouwen en wonen.
Klimaatbeleid door gemeenten kan meer dan 33 procent van de CO2-uitstoot in Nederland beïnvloeden. Dat blijkt uit een quickscan van Bureau de Helling.
Een van de afspraken uit het Klimaatakkoord is dat in 2050 alle woningen in Nederland van het aardgas af zijn. Concreet betekent dit dat in Nederland voor 2030 1,5 miljoen woningen ‘aardgasvrij’ moeten zijn.
De ster van Timothy Morton is rijzende: onlangs noemde The Guardian hem ‘de filosoof-profeet van het Antropoceen’. Ook in Nederland wordt zijn werk opgepikt: de huidige Denker des Vaderlands René ten Bos verwijst regelmatig naar hem en dit jaar verschenen Nederlandse vertalingen van Dark Ecology(Duistere ecologie, 2016) en zijn nieuwste boek Being Ecological (Ecologisch wezen, 2018).
Welke politiek moeten we bedrijven nu de aarde ons ingrijpen in klimaat en leefomgeving beantwoordt met een stijgende zeespiegel en orkanen? De Franse filosoof Bruno Latour betoogt dat het Antropoceen, het tijdperk waarin de mens grote invloed heeft op haar natuurlijke omgeving, rammelt aan de fundamenten van ons politiek bestel.
Linnen tasjes, korter douchen, minder vlees eten: het klinkt nobel maar haalt weinig uit. Klimaatverandering is in de eerste plaats een kwestie van politiek. Dat is althans de stelling van Jaap Tielbeke in een opiniestuk dat hij onlangs publiceerde in de Volkskrant, naar aanleiding van zijn boek Een beter milieu begint niet bij jezelf dat deze week verschijnt bij uitgeverij Das Mag. Terwijl bewuste consumenten braaf hun best doen om hun ecologische voetafdruk te verkleinen, doet de fossiele industrie haar uiterste best om verduurzaming tegen te werken. Terwijl burgers elkaar de les lezen over ‘vliegschaamte’, houden politici vol dat Schiphol moet blijven groeien. Zij zijn degenen die zich zouden moeten schamen, schrijft Tielbeke, en niet individuen die biefstuk eten en het vliegtuig pakken. Als het toch de industrie is die het meeste vervuilt en de verandering van de politiek moet komen, dan kan ik mijn linnen tasje toch net zo goed aan de wilgen hangen?
Is klimaatscepsis salonfähig geworden? Wetenschapsjournalist Marcel Crok zet in zijn boek De staat van het klimaat (2011) vraagtekens bij de wetenschappelijke consensus over klimaatverandering. Joop Atsma, staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, heeft hem onlangs ingehuurd om het komende IPCC-rapport grondig door te lichten.
Op 24 mei stroomt Villa Jongerius in Utrecht vol met GroenLinkse politici en andere belangstellenden voor een conferentie over biomassa. De meningsverschillen over het verstoken van biomassa voor energie staan garant voor een levendige discussie.
Draagt de methaanuitstoot van koeien wel of niet bij aan klimaatverandering? De Nederlandse Melkveehouders Vakbond vindt van niet. Methaanonderzoeker Ko van Huissteden checkt of dat waar is.
Groene politieke partijen groeien, milieubewegingen en -activisten weten een steeds groter publiek te bereiken en het aantal mensen dat klimaatverandering als een belangrijk probleem ziet stijgt gestaag. Natuurlijk is dit een geweldige ontwikkeling: de grootschalige actie die zo hard nodig is om klimaatverandering tegen te kunnen gaan, lijkt steeds meer van de grond te komen. Maar hoe nuttig ook, maatregelen tegen klimaatverandering zijn niet per definitie rechtvaardig. Dat geldt ook voor het Nederlands Klimaatakkoord.