Als we onze economie fundamenteel willen veranderen, is sturen op ‘welzijn’ of ‘brede welvaart’ niet genoeg. Een echt andere economie vereist een andere ethiek. Wij pleiten voor een ethiek van zorgzaamheid, voortbouwend op het feministisch economisch gedachtegoed. Alleen dan kunnen we het kapitalisme actief uit ons hoofd en onze instituties bannen.
Veerkracht helpt politici en burgers in de omgang met onzekerheden, tegenslagen en onvoorspelbaarheid. Dat geldt zeker voor duurzaamheids- en klimaatbeleid. Maar flexibel bijsturen heeft zijn grens en daarom blijft het tijdig voorkomen van problemen cruciaal.
Sinds de crisis zijn economische wetenschappers onzeker over de heersende neoliberale theorieën. Ze zijn op zoek naar inzichten die meer recht doen aan de complexiteit van de werkelijkheid. Het concept veerkracht maakt een kans.
Links zit in de hoek waar de klappen vallen. De afgelopen decennia, maar zeker sinds 2017 staat links er electoraal slecht voor. Traditioneel links (PvdA, SP, en GroenLinks) haalde in 2017 37 zetels, minder dan de PvdA er alleen in 2012 had gehaald. In 2021 waren er daar nog maar 26 van over. De vraag is hoe dat kan. Recent onderzoek van Noam Gidron toont een mogelijke verklaring.
De EU en veel Europese landen zijn op dit moment bezig met een heroriëntatie als het gaat om de relatie met China. Lange tijd werd geloofd dat het nastreven van steeds meer economische verstrengeling met China zou leiden tot politieke liberalisering in het land. Het tegenovergestelde is echter gebleken: door onze toenemende economische afhankelijkheid van China is het steeds moeilijker geworden om op te komen voor onze eigen waarden. Ook Nederland zou nu een Chinabeleid moeten ontwikkelen waarin progressieve waarden en mensenrechten centraal staan.
In hun Six Faces of Globalization (2021) maken Anthea Robert en Nicolas Lamp duidelijk dat er in westerse samenlevingen op dit moment minstens zes verhalen circuleren over wat er de laatste decennia aan de hand is. Eens gevierd als een onstuitbare kracht die de hele wereld Westers, welvarend en liberaal zou maken, is het Grote Verhaal over globalisering in een caleidoscoop veranderd waar elke draai aan de kijker een nieuwe visie en de plot voor een ander verhaal oplevert.
In een luttel aantal maanden werd het in 2021 verschenen boek boek Free: Coming of Age at the end of history van Lea Ypi een bestseller. Het is al in veel talen vertaald, waaronder het Nederlands. Ypi doceert aan de London School of Economics en werd in Albanië geboren. Het boek gaat over haar jeugd en beschrijft hoe ze als kind in een socialistisch land opgroeit, vervolgens als puber de transformatie naar een ‘opkomende economie’ meemaakt en haar land onder leiding van economische raadgevers, geheel volgens neoliberaal recept, na heftige politieke en economische crises, in een Westerse liberale markteconomie verandert. En daarmee volgens velen het eindstadium van de geschiedenis bereikt: beter dan dat kan het niet worden.
In economische modellen wordt steevast uitgegaan van ‘nutsmaximaliserende actoren’. De modellen zijn zo abstract dat er zelden gewag wordt gemaakt van de klasse waaruit deze actoren afkomstig zijn, wat hun huidskleur is, of het om mannen, vrouwen of transgenders gaat, hoe hoog of laag ze zijn opgeleid, of tot welke generatie ze behoren. Als je daar anno 2022 rekening mee houdt, verandert economics al snel in angrynomics, aldus economen Eric Lonergan en Mark Blyth, die hun boek deze titel gaven.
Het stuk van Rodenbrug en Maatoug is prijzenswaardig maar hun voorstellen raken nog te weinig aan de fundamenten van het kapitalisme. Wat daarvoor nodig is, is onder andere de erkenning dat de basis van de economie niet de markt is en evenmin de staat, maar de gemeenschapseconomie.
De aanzet van Maatoug en Rodenburg is een terechte oproep om gezamenlijkheid en verbondenheid centraal te stellen in ons denken en doen. Er liggen nog heel veel mogelijkheden om deze waarden dieper in onze samenleving te verankeren.