Het kapitalisme moet hervormd worden – dat is de boodschap die de Italiaans-Amerikaanse econoom Mariana Mazzucato in al haar werken uitdraagt. Maar hoe doen we dat? En wat moet ervoor in de plaats komen? Op die vragen geeft Mazzucato een antwoord in haar nieuwste boek 'Moonshot. Grootse missies voor de hervorming van het kapitalisme', dat dit voorjaar in Nederlandse vertaling is verschenen.
Eén van de afspraken in het coalitieakkoord van de gemeente Venlo was om meer verantwoordelijkheid bij inwoners neer te leggen en de energietransitie van onderop te laten plaatsvinden. Het dorp Hout-Blerick pakte deze uitdaging als eerste op, later volgde de wijk Op de Heide.
Door keurmerken als Max Havelaar werd eerlijke handel gereduceerd tot ‘een betere prijs’. Niet de boeren in Zuid-Amerika werden hier beter van, maar vooral de westerse consument die een goed gevoel kreeg van het kopen van een product met een ‘eerlijk’ keurmerk. Eerlijke handel vraagt eerder juist om niét consumeren dan om duurzamer consumeren.
Van klimaatmaatregelen tot vluchtelingenopvang: lokale veranderingen leiden niet alleen tot conflicten tussen overheid en burgers, maar ook tussen inwoners onderling – met alle gevolgen van dien voor de gemeenschap. Een gesprek is vaak lastig, en tegenstanders van veranderingen krijgen vaak ten onrechte het label ‘Nimby’ opgeplakt. Hoe kunnen lokale politici en beleidsmakers het beste omgaan met strijd in de gezamenlijke achtertuin?
Al in 2006 schreef historicus Gerrit Voerman over de ontwikkeling naar zogeheten plebiscitaire partijen. In verschillende politieke partijen werden belangrijke kwesties, zoals het politieke leiderschap en de samenstelling van de kandidatenlijst, niet langer beslecht op het congres maar via een referendum. Dat zou partijen democratischer moeten maken: immers, meer mensen kunnen deelnemen aan het besluitvormingsproces. Maar hierdoor ontstond een democratiseringsparadox, waarschuwde Voerman: door deze trend werd het partijkader - actieve leden - namelijk gemarginaliseerd.
Over verandering gesproken luidde de kop van mijn eerste voorwoord voor de Helling, in de lente van 2018. De feestvreugde over de verkiezingswinst van 2017 denderde nog na en GroenLinks stond op het punt om ook bij de gemeenteraadsverkiezingen een glansrijke overwinning te boeken.
Religie blijft een ongemakkelijk thema voor de politiek. Ze is te aanwezig in de samenleving om te kunnen negeren, maar mag tegelijkertijd niet worden vermengd met het bereik van de staat. Zeker bij links bestaat wantrouwen tegen religie en religieuze instituten, wier grip op de samenleving ooit zo groot was. Inmiddels heeft geen enkele godsdienst nog een meerderheid, maar voert het seculiere de boventoon.
Er lijkt deze dagen een onoverbrugbare kloof te ontstaan tussen het individuele najagen van geluk aan de ene kant en de macro-vraagstukken van wereld en mensheid aan de andere kant. Voor politici van vandaag is het een ‘hell of a job’ om die twee altijd maar weer samen te brengen.
Nederland kreeg vorig jaar een koekje van eigen deeg waarvan je wist dat het ging komen. Het Duitse energiebedrijf RWE en later ook het eveneens Duitse Uniper dienden miljardenclaims in tegen de Nederlandse overheid als compensatie voor het uitfaseren van energieopwekking door kolenstook.
Na aanhoudende protesten van de ‘gele hesjes’ tegen het verhogen van de brandstofprijzen organiseerde de Franse president Macron een burgerberaad. Ook in andere landen betrekken politici burgers via deze nieuwe vorm van deliberatieve democratie. Er zijn zelfs plannen voor een wereldwijd burgerberaad over klimaat. Wat heeft dit instrument lokale politici te bieden? De Helling sprak hierover met Eva Rovers, medeoprichter van Bureau Burgerberaad.